“Dit boek moet je lezen.” Miek Derks van uitgeverij Betsaida in Den Bosch geeft me een saai uitziend boek dat thuis op de stapel ‘nog te lezen’ belandt. Als het na enkele weken aan de beurt is, lees ik eerst de flaptekst (achterop), waar ik getroffen wordt door de uitspraak van Paul Gillis, ooit docent aan de priesteropleiding van Den Bosch: ‘Dit is het mooiste boek dat ik ooit gelezen heb.’ Vervolgens check ik wie het boek vanuit het Frans vertaald heeft: Filip De Rijcke, de rector van dat seminarie. Die moet kennelijk ook geraakt zijn.
Ik begin te lezen en de gezwollen stijl (de auteur Virgil Gheorghiu is dichter) staat me tegen. Hij beschrijft zijn vader als een heilige (‘een icoon’) die eigenlijk al in de hemel leeft. Arme zoon, denk ik dan. Na een paar pagina’s verlies ik de aandacht en ga ik bladeren en merk dat er een tweede deel is, over de achtergronden van de auteur. Dat fascineert: een dichter, gevierd in eigen land, die na WOII zijn land moet ontvluchten en uiteindelijk in Frankrijk terechtkomt en ook daar bekend wordt. Niet alleen als dichter, maar ook als cultuurcriticus. Pas daar komt de titel van het boek aan bod: het 25e uur. Zijn boodschap: we zijn slaven geworden van een gemechaniseerde wereld en leven zelf niet meer. De 24 uur van de dag van onze wereld zijn al voorbij, al beseffen we dat niet.
Toegewijd
Na het lezen van deel 2 ben ik met hernieuwde interesse verder gegaan waar ik in deel 1 was blijven steken. Met nieuwe ogen. De vader van Virgil is de zoveelste in generaties priesters (orthodoxe priesters mogen trouwen…) en Virgil wil zo graag zijn vader opvolgen en net zo’n toegewijde priester zijn, verbonden met de hemel door de liturgie en levend voor de mensen die aan zijn zorg zijn toevertrouwd. Maar thuis is het zo arm dat de kinderen nooit allemaal tegelijk naar buiten kunnen, omdat er niet genoeg schoenen en jassen zijn. Virgils vader is zo arm dat hij vaak urenlang op versleten laarzen moet lopen naar de mensen die zijn geestelijke hulp nodig hebben. Maar dat deert hem niet. Hij gaat. De extreme armoede en de extreme toewijding aan God staan ver af van het comfort dat de meeste priesters in onze tijd hebben, denk je tijdens het lezen.
Gheorghiu schetst het Roemenië van de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw en tevens de ziel van het Roemeense volk, dat door de eeuwen voortdurend geknecht is geweest, maar ondanks alles fier is gebleven op de eigen cultuur.
Na de eerste hindernissen blijkt Het 25e uur een boeiend boek dat om diverse redenen diepe indruk maakt.