De cover met een Grote Waterwijding in de sneeuw herinnert ons eraan dat we op weg zijn naar de Kerst-Epifaniecyclus. 
Pokrof opent met een beschouwing over het licht in Oost en West en hoe de leer over het ‘ongeschapen Licht’ van de Byzantijnse theoloog Gregorios Palamas, Athosmonnik en aartsbisschop van Thessaloniki, doorwerkt in de iconenschilderkunst. Hedendaags Athos is ook de plek waar men kritisch kijkt naar de oecumene. We blijven hierna nog even in ‘Byzantijnse’ sferen met het epos van Digenes Akritis, held uit lang vervlogen tijden. In de meditatie horen we uit het Kerstverhaal over de Vlucht naar Egypte en de Kindermoord te Betlehem; ze resoneren in onze tijd, waar wereldwijd zoveel mensen vervolgd en verdreven worden. Het nieuwe boek van Mattias Rouw wordt besproken,  volgens wie de woestijnvaders moderne mensen iets kunnen leren over hoe je op een gezonde manier kunt omgaan met zonde en schuld. Het laatste artikel gaat over Kerkvaders, deel I uit een serie van drie. De rubriek Byzantijnse Liturgie ten slotte behandelt de huwelijksviering in de Oosters-orthodoxe en Grieks-katholieke kerken.

Pokrof wenst u een goede Adventstijd toe en alvast een Gezegend Kerstfeest.

Leo van Leijsen,
redactiesecretaris

Pokrof

Het tijdschrift Pokrof (met jaargangen 1953-2022) was gewijd aan de wereld van het Oosters Christendom. Het blad werd gemaakt door de een onafhankelijke en oecumenisch samengestelde redactie. De redactie streefde ernaar diverse aspecten van het Oosters Christendom voor een breed publiek te presenteren. Behalve aan de spirituele kant van het Oosters Christendom (liturgie, iconen, muziek) besteedde Pokrof aandacht aan de geschiedenis van Oosterse Kerken, de orthodoxie in literatuur en kunst en aan de relatie tussen kerk en staat.

Het tijdschrift Pokrof ging in 1953 als initiatief van de paters Kapucijnen van start. Vanaf het midden van de jaren tachtig werd het uitgegeven door Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken. Vanaf 2001 was het een uitgave van de Katholieke Vereniging voor Oecumene. In 2022 werd het tijdschrift omgevormd tot het Platform Oosters Christendom, onderdeel van het Instituut voor Oosters Christendom (IvOC) aan de Radboud Universiteit.