Toen, in maart, het aantal coronadoden in Italië een piek bereikte, zocht Paus Franciscus woorden van hoop: ,,In deze benarde dagen terwijl de mensheid beeft van angst door de dreiging van de pandemie, zou ik aan alle christenen samen willen voorstellen hun stemmen te verheffen naar de hemel.” Hij riep de christelijke kerken op om het Onze Vader te bidden, verschillende keren per dag. En, heel specifiek, op woensdag 25 maart, op dezelfde tijd. De reacties waren positief. Rene de Reuver, scriba van de PKN reageerde met: ,,Het past bij de oecumenische visie van de Protestantse Kerk om gezamenlijk te doen wat gezamenlijk gedaan kan worden. Mooi om nu het coronavirus ook wereldwijd om zich heen grijpt, ook wereldwijd als christenheid dit gebed van Jezus te bidden. Gebed is wat ons allen verbindt.”
De oproep raakte ook Patrick Nullens, hoogleraar aan de Evangelische Theologische Faculteit in Leuven en pastor in de Vrije Evangelisatie Zwolle (VEZ): “Het was in die moeilijke tijd dat het voor mij duidelijk werd hoe belangrijk het Onze Vader is.”
De kerken gingen mee in de landelijke lockdown, ook de bruisende VEZ, en er kwamen Online-kerkdiensten. Nauwelijks 3 weken later, op 15 april, startte Patrick Nullens ook een online geloofsverdieping: een 11-delige podcast over het Onze Vader (De podcast is te vinden op de website van de VEZ: https://vezwolle.nl/media/86-podcast-het-onze-vader onder media). Omdat de podcast goed werd ontvangen, werkte Nullens het materiaal uit voor dit toegankelijk boekje.
De ondertitel
Voor Patrick Nullens is ‘hoop’ een kernbegrip voor de Christelijke ethiek, het vak waarin hij ook doceert. En vanzelfsprekend is hij ook enigszins schatplichtig aan de Theologie van de Hoop. Jurgen Moltmann heeft met enkele mooie citaten een belangrijke plaats in het boekje gekregen, bijvoorbeeld: “We zullen niet verlost worden van deze aarde zodat we haar kunnen opgeven. We zullen met haar worden verlost. We zullen niet verlost worden van het lichaam. We zullen eeuwig leven met een lichaam. Daarom was de oorspronkelijke hoop van de christenen niet gericht op een andere wereld in de hemel, maar zocht zij de komst van God en zijn Koninkrijk op deze aarde” (blz 13). Vooral in de eerste hoofdstukken heeft Nullens met dit kernbegrip een eigen kleur aan zijn bespreking van het Onze Vader gegeven. Dat hij vervolgens alle hoofdstukken aan dit kernbegrip ophangt, komt op mij geforceerd over. Maar ik moet eerlijk zeggen: Het boekje wordt er inhoudelijk niet door aangetast.
Breed gebruik van bronnen
Nullens wil woorden van hoop in benarde dagen spreken. Zijn inzichten zijn niet nieuw, niet hoogdravend, maar getuigen van wijsheid, evenwicht en begrip van de brede kerkelijke traditie. Evangelische, Protestantse en Katholieke bronnen worden gelijkelijk benut, maar opvallend is zeker ook de rijke schakering aan Joodse bronnen. Hij maakt gebruik van de rijke bron die de Kerkvaders bieden, maar evenzeer van de wijsheid van denkers als Erich Fromm of Hannah Arendt. Ondanks de citatenrijkdom gaat dit boekje niet gebukt onder alle wijsheid van elders. De korte hoofdstukken blijven helder en toegankelijk. Nullens zoekt de verbinding en geeft aan dat het Onze Vader ‘een gezamenlijke toegangspoort is voor het dieper nadenken over de inhoud van ons geloof dat ons met elkaar verbindt’ (blz 13).
Het boekje is oecumenisch in zijn onderwerp- en bronnenkeuze, maar ook in zijn doelstelling en voorbeelden. Nullens wil inspireren en ons geloof verdiepen, welke kerkelijke achtergrond we ook hebben.
Het oecumenisch gehalte
Nullens komt uit een Rooms Katholiek nest en is Evangelisch geworden. Een goede reden om op dit punt in te zoemen. Hoe wordt mijn kerk weggezet?
En ja, er zijn slakken waarop ik zout kan leggen: Over de veroordeling van herhalingen, zoals in mantra’s (blz 28); over de kritische noot bij de Vulgaat (blz 70, noot 51), of juist het positieve commentaar bij de Rooms Katholieke vertaling Laat ons niet bezwijken voor de bekoring (blz 96; de vertaling ‘bekoring’ wordt sinds vier jaar nou juist niet meer gebruikt). Deze punten betreffen bijzaken, of misschien moet ik zeggen: de formulering van bijzaken. Nullens doet werkelijk zijn best lezers van verschillende kerkelijke achtergrond te bedienen en hij slaagt mijns inziens met vlag en wimpel. Bovendien, Nullens is er niet op uit om gelijk te hebben. Hij heeft dit boekje geschreven vanuit een dienende houding: Hij wil zijn lezers de kans geven hun geloof te verdiepen.
Voor eigen parochie preken
Er zijn momenten dat Patrick Nullens voor eigen parochie lijkt te preken. Dat kun je hier en daar vermoeden en dat heb ik in de podcast teruggehoord. Het gaat dan echter niet om ‘comfort’, maar om ‘challenge’. En dat is goed. Kritiek op verschijnselen in de eigen kerkelijke kring, of kerkelijke omgeving, hoort bij het werk van de pastor. Nullens wil zijn schapen als een herder naar grazige weiden wil voeren.
Ik hoor zijn kritische woorden terug wanneer hij waarschuwt om je terug te trekken in je kerkelijke bubbel om veilig te zijn voor de kwade buitenwereld. (blz 53)
En in het volgende citaat wijst hij in de podcast op evangelische en charismatische christenen: “Ik besef dat vele christenen naar een sterke manifestatie van Gods Koninkrijk verlangen, naar wonderbaarlijke genezingen, naar het zichtbaar breken van demonische krachten, naar meer recht. Dit verlangen is oprecht en drukken we uit in ons gebed. En toch, ook dit verlangen kan een nieuwe dwangmatigheid worden….” (blz 60) In het boekje zijn de adressanten achterwege gelaten. Dan zegt nullens dus eigenlijk: Wie de schoen past trekt hem aan, want het komt natuurlijk ook in andere kerken voor.
De pastorale praktijk
‘Onze Vader’ is een toegankelijk boekje voor ieder die geloofsverdieping zoekt. Nog interessanter wordt het, wanneer je het boekje in een groep van medegelovigen kunt bespreken. Elk hoofdstuk is aangevuld met een aantal vragen. Juist door deze toevoeging kan ik elke pastor, dominee, voorganger of leraar dit boekje aanbevelen. Dit is mooi en inspirerend materiaal om het Onze Vader in te leiden en de vragen zijn een goede aanzet voor een levendig geloofsgesprek. Ik feliciteer Patrick Nullens en zijn VEZ met dit mooie werk.