Jongerenretraite in het Mariaklooster

IMG 3952 291x300





2 Januari is er, voor mij onverwacht, een invasie: een groep jongeren van de Jozefkerk in Suleimania komt met een Dominicanes en een seminarist van de Jozefkerk ontbijten samen met de jongeren hier. Dan vertrekken ze met een bus om bij de Jozefkerk voor drie dagen een tent op te zetten. Bezinningsdagen voor de jongeren. De grote meerderheid zijn vluchtelingen.

Een van hen komt even met een vriendin bij mij langs, om me uit te horen waarom ik hier ben, waar ik vandaan kom en zo voort. Ze ziet me dagelijks en wil dat nu weten. De vriendin blijkt dan aangetrouwde familie te zijn van de zus van Yousif Thomas Mirkis, Viviane, en Sami, in Nederland, waarmee ik bevriend ben. Na het ontbijt gaan ze allen weg.

De dag breng ik feitelijk door met de kinderen, want die hebben vrij en er is niemand voor hen. De moeders werken hard, naast een gemeenschappelijk ontbijt maken ze ook nog een gemeenschappelijke avondmaaltijd voor de jongeren (naast wat ze voor de eigen familie maken). En de jongeren zijn er niet. Dus de lagere schoolkinderen lummelen rond. Twee meiden kan ik zelfs de basis van rebalancing bijbrengen, ze hebben een goede concentratie. Het is tevens therapeutisch voor henzelf. De kinderen voeren me op een gegeven moment naar de kapel, waar een van de oma’s me dan om een massage vraagt, gewoon in haar eigen leefruimte. Even maak ik het leven mee van die kant. Terwijl ik enkele harde knopen langzaam wegwerk uit haar lijf, klinken spelende kinderstemmen, babygehuil, man die roept, vrouw die terugroept, heen en weer lopen door die kapel en allemaal weerkaatst door de stenen wanden. Wat een onrust om in te leven, dagelijks. En dan ook nog de kleine kinderen die zich vervelen, zoet houden. Een van de dochters bakert haar babydochter in de wieg in, en geef haar zo de borst. Gesprekje intussen met haar moeder, die ik nog steeds behandel.

Plotseling is er veel beweging in de kapel. Ik ben klaar, aan de grens van wat ik kan doen voor haar versleten lichaam. Ik verlaat hun tent, en sta in een kapel die stampvol is met de jongeren van die ochtend. Zijn nu allemaal hier. En ons eigen volk komt er ook aan. Er staat iets te gebeuren. Als ik in een bank schuif, komt Maryam bij me zitten om te vertalen. Dat is een geweldige service, maar ze heeft al eerlijk verteld dat ze nooit kans krijgen om hun Engels te praktiseren. Veel vertalen hoeft niet. Ze hebben met het bijbelverhaal van de grote visvangst gewerkt. Vier groepen hebben er een tekening van gemaakt, en dezelfde groepen hebben er een toneelstuk van gemaakt. Die gaan we nu zien. Daarna is er weer onze Eucharistieviering met Pater Jens op de grond. Afsluitend wordt er nog snel samen gegeten.

Naar de bergenIMG 3871 300x225

Zaterdagmorgen reken ik op de mogelijkheid, met de jongeren samen te ontbijten. Dat lukt inderdaad, en ik word dan tevens uitgenodigd de dag met hen mee te gaan: ze gaan wandelen in de bergen. Na enig aarzelen neem ik dat toch aan. Het wordt een zeer geslaagde dag, hoewel sober, en met stevige beperkingen. Maar na maanden als stadse daklozen leven, is dit in de natuur zijn op zich al zo verademend, dat de tevredenheid intens is. We zijn met twee minibussen en de auto van Pater Jens. Jens en één bus pakken een verkeerde route, en wij wachten anderhalf uur tot ze er weer zijn. Die worden doorgebracht met spel, sneeuw gooien – aan de noordzijde van de bergwanden ligt dunne half bevroren sneeuw. Kun je goed mee gooien. En dan rijden we naar een plek waar je tot op de kam kunt klimmen. Fascinerend, deze bergen. Steppeachtig van landschap, maar vooral is goed zichtbaar hoe bergen gevormd zijn: de aardlagen schuin tot zelfs rechtop, wat lager de kegelvormige erosie na de grillige bergkammen. We klauteren over zo’n bergkan, werkelijk niet breder dan 1 meter, en het is lopen op platen graniet die rechtop staan en ongelijk zijn. Balanceren dus. Voldaan en moe zijn we om 16.30 uur terug, en dan is er eindelijk middageten. We hebben de dag doorgebracht op een flesje water. Er zijn eindeloos foto’s gemaakt. ’s Avonds bekijken we de foto’s op enkele laptops. De twee groepen jongeren mengen goed door elkaar, maar ik merk dat ik met ‚onze’jongeren intussen vertrouwd ben, terwijl de groep van de Jozefkerk me blijft bekijken: wat moet die hier nou?

Als het allemaal te veel is

4 Januari, de derde dag voor de jongeren. Het regent stevig. De moeders die de beurt hebben, maken eerst ontbijt voor hun gezin. Dan maken ze ontbijt voor de dertig jongeren, die om 9.00 uur moeten vertrekken.

IMG 3944 300x225Ik maak me klaar om de kinderen te vermaken, want het regent flink, dus ze kunnen niets buiten doen. In de kapel vind ik er een aantal, stil aan het tekenen. Zodra ik binnenkom, spreekt een va-der me aan, en vraagt me zijn tent binnen. Daar zit Maria, mijn beste massagiste, depressief te wezen. Ik ga er even bij zitten, maar ze wil niets. Ik bied haar mijn kamer aan om even echt alleen te zijn, maar niks. Als een oma binnen stiert, en met mij haar babbeltje begint in Arabisch en ik Nederlands terugspreek, haar duidend dat ze beter kan gaan, moet Maria even lachen. Maar daar blijft het bij. Ze blijft in haar hoek. Haar hoekje, in een ‚tent’van drie bij vier. Waar ze woont met papa, mama, en drie kleinere broertjes en zusjes. Goede ouders overigens…En de kapelwand is gebruikt om leuk te versieren. De ruimte voelt aangenaam.

Zodra ik weer in de kapel sta, vragen de kinderen naar het balansspel. Ik besluit, zonder muziek, dat te doen. Uitdagingen met de balans. In stilte. Geconcentreerd. Er schuiven al snel een paar kinderen bij, dan zijn het er tien. 5-12 jaar. Enkele moeders gaan erbij zitten, baby op de schoot en kijken. Twee vaders ook. Komt er een druk jongetje bij, wat storend ook, en terwijl ik hem in het gareel krijg, stormt een oma aan en schreeuwt dat al die kinderen weg moeten. Een andere oma begint een heftige ruzie met een moeder die er zit. Ik stap op, dit heeft geen zin. Blijf buiten afwachten wat gebeurt. Na 10 minuten haalt de ruziënde oma me binnen, of ik maar verder wil gaan. Ik beduid haar, dat ik stilte wil. Oké, ze verdwijnt.

Met iets meer inspanning lukt het, om de kinderen tot aan hun grenzen van hun mogelijkheid te brengen. Ik blijf het winnen, kan dus blijven uitdagen. Maar we eindigen met iets dat heel knap is als ze het kunnen, en ieder mag het na elkaar laten zien. Applaus. Dan doen we even een polonaise, we springen nog even. Allemaal in stilte, maar ze zijn wel moe. En vervolgens deel ik tekenblaadjes uit. Iedereen roept weer mijn naam en jengelt om als eerste. Maar ik maak helder dat wie stil op de grond zit, aan een kerkbank, een blaadje krijgt en een pen. Daarna heb ik fineliner kleuren, en ze mogen er telkens één en telkens wisselen bij mij. Zelfs de drukste weet na vijf minuten dat dat in stilte moet, of niet. Het gaat geweldig, de concentratie is fijn, iedereen tekent met plezier.

Ik krijg alle tekeningen aangeboden. Wie snel klaar is, gaat gewoon wat anders doen. De rust is heerlijk. Net als de laatste haar tekening bij mij inlevert, komen de jongeren binnen, voor een programma voorafgaand aan de middagmaaltijd. Harde stem. De rust is meteen weg.

Ik begrijp die eerste oma. Wie in de kapel haar woning heeft, krijgt ook echt alle samenkomsten over zich heen. En ik met tien kinderen, dan vrezen ze het ergste.

Shocking is wel, dat zo’n Abouna van de Jozefkerk gewoon binnenstiefelt alsof er geen mensen wonen. Kerk is zijn territorium! Achter die doeken leven minstens vijf babies, waaronder pasgeboren babies. Alsof de moeders de tijd krijgen om ze de hele dag voor het stil houden aan de borst te leggen! Pater Jens, die hier nu vader abt speelt, komt altijd zeer rustig binnen, dat voelt anders.

Ik begrijp de vrouwen, die te vaak schreeuwend en bars de beweegruimte van de kinderen inperken. En ik begrijp de kinderen die alleen nog maar dwars zijn en aandacht vragen. En ik begrijp helemaal niet, dat alleen Maria nu even alleen vandaag depressief is. Wat een kracht zit er in deze mensen. Ook de ruzies laten ze als sneeuw voor de zon verdwijnen, ze gaan er niet op door. Blij als het weer over is. Maar, wanneer zal het allemaal echt over zijn. En het is wel altijd te veel.