Op 31 oktober 2016 was paus Franciscus in Lund in Zweden. Samen met de Lutherse aartsbisschop Munib Younan, voorzitter van de Lutherse Wereldfederatie, ging hij daar voor in een gezamenlijke gebedsdienst bij gelegenheid van de opening van de viering van 500 jaar Reformatie. Algemeen wordt de actie van Martin Luther, aan de vooravond van Allerheiligen 1517, toen hij zijn 95 stellingen op de deur van de kapel in Wittenberg bevestigde, gezien als het begin van de Reformatie. Om dat feit en de gevolgen te gedenken is een heel jaar uitgetrokken op weg naar 31 oktober 2017.
Anti-papisme en verkettering
Het is veelbetekenend dat paus Franciscus persoonlijk aanwezig was bij de start van dit jaar. De Reformatie werd tot voor vijftig jaar geleden van protestantse en van rooms-katholieke zijde beschouwd als breuk en definitieve verwijdering tussen de christenen in West-Europa. Vooral de al dan niet vermeende gebreken in theologie, kerkelijke structuur en vroomheid van de ander stonden voorop. Anti-papisme aan de ene kant en verkettering van protestanten aan de andere kant zetten eeuwenlang de toon. Zeker in Nederland waar de Reformatie vrijwel geheel naar Calvinistische snit verliep.
In beide tradities is veel veranderd
In plaats van de verschillen uit te vergroten, benadrukken we inmiddels de overeenkomsten tussen de Kerk van Rome en de kerken van de Reformatie. We krijgen er steeds meer oog voor dat in vijfhonderd jaar in beide tradities veel veranderd is ten opzichte van de tijd waarin de Reformatie begon. Simpelweg de oude standpunten innemen is onmogelijk. De volkstaal die Luther zo bepleitte, is inmiddels ook in de Rooms-katholieke kerk gemeengoed. De centrale plaats van de Bijbel als het Woord van God waarvoor Luther in vuur en vlam stond, is in de huidige vorm van Eucharistie duidelijk zichtbaar waar naast het Evangelie elke zon- en feestdag nog een Oudtestamentische en een Nieuwtestamentische lezing wordt gelezen. Omgekeerd zien we in protestantse kerken steeds meer gebruiken die de Rooms-katholieke kerk bewaard heeft als levende traditie. Over het grote struikelblok de Rechtvaardiging door het geloof is volledige overeenstemming bereikt.
Ondanks de breuk wordt de verwantschap tussen de gelovigen van de beide tradities algemeen erkend. Principieel komt dit tot uitdrukking in de wederzijdse dooperkenning. De Rooms-katholieke kerk erkent dat Luther van onmisbare betekenis is voor de Kerk in het Westen, dus ook de r.k. kerk. Binnen Protestantse kerken wint het inzicht dat Luther met zijn Reformatie geen afscheiding voorstond, maar hervorming van de ene kerk.
Ik hoop dat deze ontwikkeling zich op alle niveaus zal voortzetten en ik verwacht dat de herdenking van 500 jaar Reformatie een stimulans zal zijn om de kerkelijk eenheid te zoeken en te vinden in onze tijd.
Andere tradities
Waar we in Nederland als Rooms-katholieken en Protestanten samen de Reformatie gedenken kunnen we er niet om heen dat de Reformatie meerdere vaders heeft. De invloed van Luther op het protestantisme in ons land is indirect, omdat ook Calvijn, Bucer en Zwingli onder de reformatoren worden gerekend en elk op hun eigen wijze model hebben gestaan voor de protestantse stromingen in ons land. Verder kennen we in ons land de Oud-katholieke kerk die een eigen weg is gegaan, en vanouds belangrijke elementen in zich heeft van de beide tradities. Niet te vergeten de Doopsgezinden. We zouden ons tekort doen als we geen aandacht besteden aan de grote Nederlander Erasmus (1466-1536) die evenals Luther van grote betekenis is voor de Reformatie. In zijn tijd en in de periode daarna beschouwde Luther Erasmus als een tegenstander. Rome zag Erasmus als een gevaar voor de kerk en zette al zijn geschriften op de lijst van verbonden lectuur. En in de ogen van het Humanisme was de grote humanist Erasmus weer veel te veel exponent van religie. Gelukkig wordt zowel van Protestantse als van Rooms-katholieke en Humanistische zijde Erasmus steeds meer als grote vernieuwer en bondgenoot gezien. Als christenen in de Lage Landen moeten we ook kijken naar de eigen erflaters, zoals Erasmus. En laten we samen respectvol de enige Nederlandse opvolger van Petrus, pal na het begin van de Reformatie, Paus Adrianus VI (1522-1523) gedenken.
Groeien aan en met elkaar
Het gesprek in Nederland over de betekenis van de Hervorming van de kerk in onze tijd zal een eigen karakter moeten hebben, denk ik. We zijn meesters in het polderen en minimalistisch voor wat verschillen in status betreft. We kunnen groeien aan en met elkaar in het opnieuw overdenken van de bedoeling van de Reformatie voor heel de kerk in ons land. De protestantse christenen kunnen de Rooms-katholieken helpen met beide benen in de klei te staan. Omgekeerd kan de ongebroken apostolische opvolging en het internationale karakter en wezen van de Rooms-katholieke kerk niet alleen de eigen gelovigen inspireren en sterken, maar ook de protestantse broeders en zusters wier gemeenten op veel plaatsen net zo krimpen als de parochies.
Met vallen en opstaan
De vraag rijst vanuit dit hernieuwd perspectief wat er intussen op oecumenisch terrein al is gebeurd. Ik noemde al het wederzijds begrip dat in de periode na de Tweede Wereldoorlog is ontstaan en gegroeid. Dit is mede mogelijk geworden doordat zowel de Protestantse kerken als de Rooms-katholieke kerk niet stil zijn blijven staan. De wereld is veranderd en dat heeft impact op beide tradities, maar ook hebben beide een innerlijke ontwikkeling meegemaakt. Daardoor is het goed dat de leden actuele kennis van elkaar en elkaars kerken hebben, en niet alleen van horen zeggen uit het verleden. De moderne media maken het mogelijk om bij elkaar binnen te kijken. Denk aan de kerkdiensten op de t.v., de websites van kerken en parochies, het openbare optreden van de paus. Dat alles veroorzaakt een gevoel van verbondenheid en verwantschap als christenen. Bovendien zijn er allerlei overlegorganen en raden (landelijk, provinciaal en plaatselijk) tussen vertegenwoordigers van de kerken waardoor verschillen kunnen worden uitgelegd, misverstanden worden opgeruimd en gezamenlijke verklaringen en activiteiten mogelijk worden. Dit is een onomkeerbare ontwikkeling.
Er is in de loop van de afgelopen halve eeuw van toenadering met vallen en opstaan door voortschrijdend inzicht een nieuwe kijk op de Reformatie gekomen. De ontdekkersvreugde van de oecumene in de jaren zestig tot en met negentig van de vorige eeuw wekte een groot verlangen om samen kerkdiensten te houden. Verschillen in de traditie werden met de beste bedoelingen verdoezeld zoals gelijkstelling van Avondmaal en Eucharistie. Juist door deze voortvarendheid ontstonden misverstanden en frustraties. Dit heeft op veel plaatsen in ons land geleid tot onzekerheid, stagnering en nog erger onverschilligheid.
Gelukkig zien we de laatste tien jaar geleidelijk en nieuwe elan ontstaan. Er ligt nu minder nadruk op de uiterlijke eenwording, maar op de geestelijke eenheid. De oorzaak hiervan is dat het oecumenisch gesprek en het verlangen naar eenheid nu niet alleen meer een zaak is van de Rooms-katholiek kerken en de PKN, maar ook van de kleinere kerken en de evangelische gemeenschappen. De gemeenschappelijke erkenning en beleving van Jezus Christus staat nu veel meer voorop dan organisatorische en liturgische eenwording. Dat is denk ik ook de goede en meest vruchtbare volgorde. Uit mijn eigen ervaring in de grootste nieuwbouw plaats van ons land, Leidsche Rijn/Vleuten-De Meern (Utrecht) kan ik dit beamen.
Hervorming: een blijvende opdracht
Kortom, de herdenking van 500 jaar Reformatie leidt zeker niet tot herneming van de oorspronkelijke standpunten, tevens strijdpunten. Herdenken leidt tot verwondering en dankbaarheid om wat we elkaar vanuit de beide tradities te bieden hebben. We mogen blij zijn met het hernieuwde enthousiasme van de
huidige oecumene in ons land, het onderling vertrouwen, en het gedeelde perspectief van groei naar elkaar toe. Mede onder invloed van de secularisatie die voor alle christenen een uitdaging is. De Hervorming was niet voltooid en ze is niet voltooid. Ze is een blijvende opdracht voor de kerken van de Reformatie en Rome. Echte hervorming betekent immers verlangen naar eenheid.
Martin Los, r.k. pastoor aartsbisdom Utrecht, parochie Licht van Christus