In de gezondheidszorg loopt een discussie over de toelaatbaarheid van ongebonden spirituelen als geestelijk verzorgers. Deze zijn er al, maar hun positie en rol is onduidelijk. Onderstaande blog neemt in deze discussie stelling. Wie zelf geen godsdienst of levensovertuiging kan/wil kiezen, is ongeschikt om als geestelijk verzorger mensen op dit gebied te begeleiden in hun ontwikkeling/keuzes, want dit moet altijd ook vanuit een binnenperspectief gebeuren.
Godsdiensten en levensbeschouwingen zijn als landschappen waar je zelf in moet lopen om er de weg in te kunnen wijzen. Het is wel handig als iemand ook andere wegen en paden kent, en zich er toe verhoudt – in de vorm van een interreligieuze dialoog – maar niemand kan alle wegen tegelijk gaan en aanbieden. Dit geldt mijns inziens voor joodse, katholieke, protestantse. humanistische , hindoe, moslim en boeddhistische GV.
Veel clienten van geestelijk verzorgers in zorginstellingen willen graag ‘bricoleren’, dat wil zeggen: knutselen uit verschillende overtuigingen. Juist dit vereist echter een duidelijk herkenbaar pluriform aanbod, anders heeft juist de client niets te kiezen. Dit heet: pluralisme op basis van principes (principled pluralism). De client heeft het recht te weten waar een geestelijke verzorger vandaan komt, en met met welk doel hij of zij tot zieken is gezonden.
De geestelijk verzorger representeert daarom een geestelijk stroming en biedt juist zo een ‘spiegel’ aan de clienten. Vereist zijn daarom: bekwaamheid op grond een voldoende lange opleiding (niet maar een jaarcursusje); bevoegdheid op grond van een erkende ambtsopleidingen per stroming, en geschiktheid op grond van de competentie tot een binnenperspectief. Anders gezegd: mensen moeten bekwaam, bevoegd en geschikt zijn.
Ongebonden spirituele geestelijke verzorgers zijn dus, juist niet meer maar minder geschikt om ongebonden clienten geestelijke verzorging te bieden. Kiezen van een stroming die men representeert is noodzakelijk, juist om keuze voor de clienten een realistische optie te doen zijn.