Debat over relevantie van christelijke ethiek

Marianne Luyer

Hebben Rome en Reformatie Nederland nog iets te zeggen? Komt een christelijke ethiek nog over? En wat moet je ermee in een multi-religieuze samenleving? Over deze vragen ging het tweede catechismusdebat in het kader van Refo500. Onder leiding van Marianne Luyer, fractievoorzitter van het CDA-Flevoland gingen in de aula van de Theologische Universiteit Apeldoorn vier debaters uit de reformatorische en katholieke traditie met elkaar in debat. De belangstelling viel tegen, maar interesant was het.

 

AuthenticiteitWibren van den Burg

Prof. dr. Wibren van den Burg, oud-voorzitter van de Remonstrantse Broederschap en rechtsfilosoof beet het spits af. Allereerst verduidelijkte hij dat Remonstranten sowieso weinig hebben met gezaghebbende teksten. Dat geldt voor de Drie Formulieren van Enigheid waartoe de Dordtse leerregels behoren, waarmee de Remonstranten de deur zijn gewezen en evenzo voor de Documentenv van het Concilie van Trente. In onze tijd geldt dat vrij algemeen: de persoonlijke geloofsweg  en authenticiteit zijn uitgangspunt en niet teksten uit het verleden. Van den Burg betoogde dat veel oude tegenstellingen zoals die tussen katholieken en protestanten, tussen christenen en niet-christenen irrelevant geworden zijn. De tegenstelling die zich aandient is die tussen de tekstgeorienteerde en ervarings-georienteerde benadering. Zijn inziens ligt de toekomst bij de ervaring. Dat wil nog niet zeggen dat teksten uit het verleden helemaal hebben afgedaan. Ze kunnen vandaag inspirerend zijn mits mensen zelf kunnen aanvoelen dat die teksten iets met het mysterie van God te maken hebben.

Pausschap

Kimmanp. Eduard Kimman, jezuiet, ethicus en econoom zocht het antwoord op de vraag naar de oorzaak van de kerkverlating en geloofsafval op de eerste plaats in de economisering van het leven waarin alles de hele dag over geld gaat. Kerken zijn er om God te vinden en geestelijk leven en geloof gedijen het beste in stilte en in afzondering. De Reformatie in de 16e eeuw heeft geleid tot een tweedeling in het Westers christendom. Daar moeten we iets aan doen. Kimman wees er op  dat het Tweede Vaticaans Concilie positiever was naar de protestantse kerken dan het Concilie van Trente. Daartoe heeft de vernieuwing van de theologische taal veel bijgedragen. In de periode na Vaticanum II is de rol van de paus als geestelijk leider van de christenen en als protagonist van de mensenrechten heel belangrijk geweest. Dit moderne pausschap maakt oecumene mogelijk. Is de Reformatie niet toe aan dit gezag?

 

 

CatechismusDen Hertog

Prof. dr. Gerard den Hertog, systematisch theoloog aan de Theologische Universiteit Apeldoorn, stelde de vraag of de Heidelbergse Catechismus in ethisch opzicht misschien averechts gewerkt heeft in Europa. Zou het zo zijn dat de these dat mens alleen in en door Christus wordt behouden, de mens tegelijkertijd zorgeloos en van God los maakt? In onze samenleving krijg je de handen niet op elkaar voor wet of gebod. Als sprekend voorbeeld noemde hij het oude spotje van de niet meer bestaande Postbank ‘over 15 miljoen mensen, die leg je je toch geen wetten op, die laat je in hun waarde’. Hoewel in de Heidelbergse Catechismus niet zomaar alle antwoorden op de ethische vragen van vandaag te vinden zijn, hield Den Hertog vast, dat de grote problemen in onze tijd eerder een gevolg zijn van het loslaten van de catechismus dan het omgekeerde. 

Liturgie

VercammenMgr. Joris Vercammen, aartsbisschop van Utrecht van de Oud-katholieke Kerk, bracht de specifieke oud-katholieke traditie van het jansenisme onder de aandacht waarin veel nadruk ligt op de persoonlijke relatie met God. Volgens Vercamman moet het in de discusssie over de toekomst van de Kerk niet op eerste plaats gaan over de ethiek, maar over de liturgie. Juist de liturgie is er om de relatie met God te beleven. God steekt de handen uit en in goede liturgie onstaat de ruimte om te zijn wie je bent. De onbereikbaarheid van God wordt in de liturgie opgeheven. De liturgie is ook de bron van ethisch handelen, omdat in de viering van de eucharistie en in de zelfgave van Jezus de gemeenschap getransformeerd wordt tot Gods volk dat geroepen is een spoor van Gods liefde na te laten. De Kerk is een gemeenschap die staat voor een andere, alternatieve levenswijze, ook in deze cultuur en samenleving.

 

Debat

Het debat over deze vier uiteenlopende posities spitste zich toe op de relevantie van tradities en de betekenis van het gezag in de Kerk.

Tussen de protagonisten van de Reformatorische tradities werd een verschil in opvatting duidelijk in de beoordeling van de normativiteit van teksten en tradities. Voor Van den Burg zijn kerkelijke tradities een gepasseerd station. De Reformatie is passĂ©, we moeten op een andere manier kerk zijn en alle ruimte geven om het geloof gezamenlijk te vieren. Er vindt reeds volop uitwisseling en kruisbestuiving tussen kerken plaats. Hij noemde de invloed van katholieken, die aansluiting gevonden hebben bij de Remonstrantse Broederschap en die de viering van de liturgie  hebben beinvloed. Den Hertog daarentegen hield vast aan de betekenis van de Traditie en hij herkende zich in de benadering van de oud-katholieke aartsbisschop. Je hoeft niet alles zelf te bedenken. Veel is met de liturgie gegeven. Dat gaat vooraf aan de persoonlijke ervaring. Het probleem ontstaat waar niet meer ervaren wordt wat in de liturgie gevierd wordt.  

In reactie op de zijn inziens ‘provocatieve’ vraag van Kimman of protestanten niet toe zijn aan het moderne pausschap, stelde Van den Burg dat hij vooral last had van de opvattingen van de paus over condooms en homosexualiteit. Instemmend merkte hij op dat de oud-katholieke aartsbisschop geen ‘pauselijke pretenties’ had.  Wel beaamde hij dat het protestantisme aansprekende woordvoerders mist. Kimman pareerde met de opmerking dat er in Nederland een algehele crisis van gezagsdragers is. Als katholieken kunnen we blij zijn dat we zo iemand hebben. Vercammen legde uit dat de bisschop in de katholieke traditie een teken van eenheid is. Zijn positie is afgeleid van de liturgie. Hij verwijst naar de plaats die Christus inneemt. Die plaats moeten we openhouden, daar hoort geen poppetje in, geen mediafiguur. We herkennen ons erin, daar horen we samen en het brengt de verbinding met christenen in de hele wereld tot uitdrukking. Vanuit de Kerk kan de bisschop een gezaghebbend woord spreken. 

Op dinsdag 23 april vindt in Dordrecht het derde Catechismus-debat plaats.

Foto’s van boven naar beneden:

mw. Marianne Luyer
prof.dr. Wibren van den Burg
p. prof. dr. Eduard Kimman sj.
prof. dr. Gerard den Hertog
Mgr. dr. Joris Vercammen