Drie oude Syrische kerkvaders (e.a.) nog altijd inspirerend

glas

Bij het lot van de nu zo bedreigde christelijke geloofsgemeenschappen van Syrië in het bijzonder en die van het Midden-Oosten in het algemeen, wordt vaak de vraag gesteld: Waarom is het belangrijk dat die kerken als levende geloofsgemeenschappen blijven bestaan? In en om het afgelopen weekend, op zaterdag 12 december en maandag 14 december, vonden in Amsterdam twee heel verschillende studiebijeenkomsten plaats rond met name drie Syrische christelijke auteurs. Het ging niet uitdrukkelijk over bovenstaande vraag. Toch werd er wellicht een impliciet antwoord op gegeven.

Dionysius de Areopagiet, een monnik uit waarschijnlijk Byzantijns Syrië, kreeg op zaterdag 12 december bijna 300 mensen boekop de been die in de vroege ochtend naar de Rode Hoed aan de Amsterdamse Keizersgracht waren getogen. Daar vond over hem het symposium plaats ‘Valt over God niets te zeggen?’. Dionysius was de theoloog van de apofatische of negatieve theologie: over God kun je eigenlijk niets zeggen… Nu ja, het ligt allemaal wat genuanceerder.

Glashelder en ontroerend

De Iona Stichting, uit de kringen van de antroposofie in Nederland, had met haar sprekers dan ook een genuanceerd aanbod. De eerste lezing was door Michiel ter Horst, die de eerste Verzamelde Werken van Dionysius in Nederlandse vertaling had bezorgd. Hij hield een glashelder verhaal, met een goed overzicht van het oeuvre van de Areopagiet. Tweede spreker was de schrijfster Désanne van Brederode, ook voorzitter van de Iona Stichting. Zij linkte Dionysius aan die andere grote geest van het christendom: Paulus. Zo’n beetje als een van Dionysius’ leermeesters. Zelden heb ik zo’n ontroerend en boeiend verhaal gehoord over de grote Paulus. En met de link Paulus-Dionysius was ik ook onbekend. Met alleen de eerste twee sprekers was de dag voor mij al meer dan waardevol.

michiel ter horst

Dionysius tot leven gebracht

Hierna kwamen Dionysiusvertaler Ben Schomakers; Augustinuskenner Paul van Geest die Augustinus naast Dionysius zag als grondlegger van de negatieve theologie; alsook de wetenschappers Rudi te Velde (hoogleraar filosofie, betrekkingen tussen christendom en wijsbegeerte), Carlos Steel (em. hoogleraar antieke en middeleeuwse wijsbegeerte) en de theoloog/ pastor Juut Meijer van de Dominicusgemeente aan het woord in ochtend- en middagprogramma. Evenzovele bijdragen die deze anonieme auteur van anderhalf millennium geleden weer tot leven brachten, soms moeilijk, soms geestig (of allebei) en steeds voor een geïnteresseerd publiek. Het inhoudelijke programma was omkranst met een artistiek intermezzo over glaskunst door Peter Vormer en een muzikaal intermezzo. Antoine Bodar sloot af, met de lezing ‘Liturgie en liturgische ruimte, Dionysius’ Kerkelijke Hiërarchie’, wat ik een tegenvallend betoog vond – een gemiste kans: te rommelig, te polemisch-katterig op anderen dan hijzelf, te veel Hollandse zelfhaat geprojecteerd op de vermaledijde goegemeente die Nederland heet. Het kon evenwel de dag niet stuk maken voor mij. 
De nieuwe vertaling lag er ook: Dionysius de areopagiet, Verzamelde werken (vert. Michiel ter Horst), Christofoor Zeist 2015. En de borrel stond klaar, die ik dit keer liet voor wat ze was om me naar een van de geestelijke nazaten van Dionysius de Areopagiet te spoeden, de Syrisch-orthodoxe Moeder Godskerk, een paar honderd meter verderop aan diezelfde Keizersgracht, om daar de zaterdagvespers mee te vieren.

Chrysostomus en Efrempolycarpus

Twee dagen later vond in hetzelfde Amsterdam, maar nu achter de Zuidas met zijn hoge flatgebouwen, op de VU een seminar plaats ‘Bijbelinterpretatie, patristiek en systematische theologie. Een oecumenisch perspectief’. ’s Morgens was het ingeleid met de promotie van Rosa Hunt over Johannes Chrysostomus en Efrem de Syriër in hun uitleg van een thema in Genesis 1 t/m 3, ook beide afkomstig uit Syrië. Hunts stelling in haar proefschrift (The Self-Enclosing God: John Chrysostom and Ephrem Syrus on divine self-limitation as gift of love in Genesis 1-3) is dat de manier waarop deze twee kerkvaders de Bijbel lezen “in onze eigen generatie met groot profijt kan worden aangewend door gelovige mensen die de Bijbel willen lezen en toepassen op hun leven zonder hun intellectuele integriteit te compromitteren” (uit de ‘Abstract’).

frances youngOmgang met Bijbel in Oude Kerk

’s Middags hield Frances M. Young, patrologe uit het Verenigd Koninkrijk en predikante in de Methodistische Kerk, de lezing ‘Divine Discourse: Scripture in the Economy of Reveleation’. De lezing handelde over het Woord van God, zowel mensgeworden in Jezus Christus, als opgetekend in de H. Schrift, elkaar wederzijds bekrachtigend, transparant en duister, “veiled and revealed”, en grond leggend principe van Gods heilsplan voor mens en wereld – en dit toegelicht aan de hand van hoe christenen van de 2e tot de 4e eeuw zoals de kerkvaders Irenaeus en Origenes omgingen met de Bijbel.

En hoe wij? Oecumenische perspectieven

En hoe gaan de christelijke tradities nu om met de Bijbel? Die vragen kwamen na de lezing in een boeiend panel aan de orde, russisch en ethiopischmet deelnemers als Fr. Andrew Louth (Russisch-orthodox), bisschop Polycarpus (Syrisch-orthodox), Peter-Ben Smit (oudkatholiek) en o.a. de protestantse hoogleraren Cornelis van der Kooi (systematische theologie) en Klaas Spronk (OT). Er kwamen boeiende antwoorden, waarbij de meest in het oog springende verschillen misschien wel die waren tussen de (uiteenlopende soorten) protestanten enerzijds en de oudkatholieken/orthodoxen anderzijds. Maar niet zonder bruggen. Op één punt was er veel overeenkomst: hoe het lezen van de Bijbel vooral zijn plaats heeft in de liturgie. Belangrijk was hoe aartsbisschop Polycarpus het belang onderstreepte van zijn eigen geloofsgemeenschap, de Syrisch-orthodoxe traditie, die met haar Syrisch-Aramese taal die niet zo heel ver van Jezus’ Galilese Aramees verwijderd is, en met haar inbedding in een semitische cultuur, heel dicht bij de Bijbel staat.
Behalve met de spreekster van de middag, de inhoud van de discussie en de panelleden was ook met de samenstelling van het publiek het oecumenische gehalte van de bijeenkomst ruimschoots voorhanden: Ethiopisch-orthodox, Eritrees-orthodox, Syrisch-orthodox, rooms-katholiek, protestants, Russisch-orthodox… Zulke oecumenische bijeenkomsten moeten meer gehouden worden, er is veel te bepraten en veel boeiends uit te wisselen tussen christenen van verschillende kerken en tradities…

Getuigen van inspirerend midden-oosters christendom

En verder: Dionysius de Areopagiet (6e e), Johannes Chrysostomus, Efrem de Syriër (beiden 4e e.), de ‘sterren’ van afgelopen zaterdag en maandag… Het zijn gestalten uit een grijs verleden, maar met de frisheid die ook mensen van nu kan raken, en ze zijn daarmee evenzovele getuigen van het vitale belang van een in zijn eigen geboortegrond geworteld midden-oosterse christendom. 

Foto’s (L. van Leijsen):
– Glaskunstwerk van Peter Vormer, getoond tijdens artistiek intermezzo in Rode Hoed, zaterdag 12 december 2015.
– Michiel ter Horst tijdens zijn lezing ‘Oorsprong en doel van de Nederlandse Dionysiusvertaling’.
– Mor Polycarpus, Syrisch-orthodox aartsbisschop, in gesprek met de kersverse doctor Rosa Hunt tijdens het seminar op 14 december.
– Professor Frances Young geeft haar lezing in het middagprogramma.
– Nederlandse priesters van de Rusisch-orthodoxe parochie van Amsterdam in gesprek met Ethiopisch-orthodoxe geestelijken uit Nederland en België.