‘Wees gegroet Maria’ – oecumenisch vieren van de aankondiging van de Heer

uytenbogaardt p

Het Oecumenisch Forum voor Katholiciteit (OFK) organiseerde in maart 2016 een symposium over Maria in oecumenisch verband (zie: Tijdschrift Perspectief, Naar een oecumenische mariologie) In het verlengde daarvan biedt het forum een orde van dienst aan voor een oecumenische viering van de Aankondiging van de Heer aan de vooravond van dit feest. Op deze pagina nemen we de bijdrage over van ds. Hans Uytenbogaardt, lid van het OFK, die de achtergronden en bedoeling toelicht. De orde van dienst zelf is te vinden op de website van het tijdschrift De Eerste Dag

 

 

 

Mijn ziel prijst en looft de Heer,
mijn hart juicht om God mijn redder:
hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares.
Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen,
ja grote dingen heeft de Machtige aan mij gedaan,
heilig is zijn naam.
(Lucas 1,46-49)

Maria in de Schrift en de liturgische traditieKoorschapschild

Het zijn de woorden uit het Magnificat, het danklied van Maria, op grond waarvan de kerk sinds bijbelse tijden samen met haar de Eeuwige prijst, die haar bij monde van de engel Gabriël uitroept tot de gezegende onder de vrouwen. Gezegend omdat zij in het spoor van de moeders in Israël, zoals Sara en Hanna, geroepen wordt draagmoeder te zijn van de traditie van recht voor rechtelozen. Gezegend ook omdat Maria om diezelfde reden ook als moeder van de kerk kan worden gezien. Deze is immers volgens de apostel Paulus het ‘Lichaam van Christus’ (1 Korintiërs 12,12-27). Zij deelt in zijn menswording ten einde toe. Daarom prijst de kerk Maria gelukkig dat zij met haar instemming stem kan geven aan Gods lof. Daarbij laat de kerk zich door haar vermanen, zoals op de bruiloft in Kana, ‘alles te doen wat hij van u vraagt’ (Joh. 2,5). Dietrich Bonhoeffer zei over het Magnificat: ‘Het is tegelijk het meest hartstochtelijke, wilde, ja, men mag wel zeggen het meest revolutionaire adventslied dat ooit gezongen is. Dit is niet de zachte, tedere, dromerige Maria, zoals we haar vaak op afbeeldingen zien, maar het is de hartstochtelijke, in vervoering geraakte, trotse geestdriftige Maria die hier spreekt’.

Vanuit de traditie van het evangelie van Lucas ontwikkelen zich drie gedenkdagen van Maria. De eerste is de Aankondiging van de Heer. Sinds de zevende eeuw wordt dat feest in de kerken van Oost en West op 25 maart gevierd. Negen maanden voor de geboorte van de Heer. Op zijn menswording is dan ook deze gedenkdag gericht. Datzelfde geldt voor de beide andere mariale feesten die aan Lucas zijn ontleend: het bezoek van Maria aan Elisabeth (31 mei) en de opdracht van het Heer in de tempel (2 februari). In de traditie ontstonden nog meer gedenkdagen rond Maria. De bekendsten daarvan zijn ‘de geboorte van Maria (8 september) en het ‘ontslapen van Maria’ (15 augustus): de dag van haar ‘geboorte in de hemel’, zoals in de vroege kerk de sterfdag van martelaren en in hun spoor alle geloofsgetuigen wordt aangeduid.

In de gebeden voor deze gedenkdagen wordt de Eeuwige met een beroep op Maria aangeroepen. Maar nooit wordt zij zelf aangesproken. Altijd staat de lof van God om het heil dat hij in Christus heeft gebracht op de voorgrond. De gedenkdagen bedoelen een Christusfeest te zijn en niet omgekeerd. Of, zoals het gebed voor de Aankondiging van Heer bidt: ‘Schenk ons de Geest die over Maria kwam, uw kracht die haar overschaduwde, opdat uw Woord ook aan ons geschiedt: Christus, onze Heer’.

Maria in de oecumeneLucas Cranach de jongere

In de 500 jaar die Rome en Reformatie inmiddels scheiden speelt Maria haar eigen rol. Meestal in polemische zin en ter adstructie van het eigenlijk gelijk tegenover de ander. Dit is niet de plaats om daar nu nader op te gaan. Belangrijk is dat in de oecumenische dialoog van de laatste vijftig jaar ook Maria een eigen plaats heeft gekregen. In dit Lutherjaar 2017 kunnen we verwijzen naar de katechismus van de Duitse Lutherse kerk. Daarin wordt over Maria gezegd: ‘Zij is de voorbeeldige luisteraar naar Gods woord, die ja zegt tegen Gods wil, als de begenadigde, die zichzelf niets is, maar door God nu juist alles is. Zo is Maria het oerbeeld van de mensen, die zich door God laten openen en begenadigen, de gemeenschap van de gelovigen, de Kerk’. De rooms-katholieke bisschoppen in Duitsland stemmen met dit citaat in: ‘Zo is Maria het grote voorbeeld en oerbeeld van het christelijk geloof. Dat kunnen katholieke en protestantse christenen gezamenlijk over Maria uitspreken’. In oecumenisch wereldverband hebben inmiddels de nodige uitwisselingen plaatsgevonden over Maria. Daarbij is een grote mate van herkenning over en weer gebleken. Er bestaat duidelijk overeenstemming tussen katholieken en protestanten over de rol van Maria als beeld van het geloofsvertrouwen en als beeld van de kerk. Behalve over de persoon van Maria ging het in de oecumenische dialoog ook over haar gedenkdagen als Christusfeesten. Zowel de rooms-katholieke, oud-katholieke, anglicaanse en lutherse tradities beschouwen en vieren de gedenkdagen van Maria als Christusfeesten. Alle vieren ze in ieder geval de Aankondiging van de Heer als een belangrijke feestdag. Luther noemde het zelfs ‘eins der führnehmsten Feste’ en hij pleitte er voor het eerste deel van het ‘Wees gegroet’ uit de katholieke traditie te behouden als een teken van eerbied en toewijding: ‘Wees gegroet,Maria, vol van genade, de Heer is met u. Gezegend zijt gij en gezegend is Jezus, de vrucht van uw schoot’.

Vieren van de Aankondiging van de Heer

In dat oecumenische spoor heeft het Oecumenisch Forum voor Katholiciteit (OFK) enkele jaren geleden besloten aandacht geven aan Maria als moeder van de Heer in studie, gesprek en viering. Het OFK meent dat deze hernieuwde aandacht voor de gedachtenis van de plaats van Maria in Schrift en traditie in Nederland een impuls kan betekenen voor de oecumenische dialoog. Het vieren van de heilsgeheimen levert daaraan een eigen bijdrage, gedachtig het aloude adagium ‘lex orandi, lex credendi’ – zoals de kerk bidt, zo gelooft zij.

Met als directe aanleiding het Lutherjaar 2017, waarin de rooms-katholiek-reformatorische dialoog grote aandacht zal krijgen, stelt het OFK voor dat op de (voor)avond van de Aankondiging van de Heer (vrijdag 24 of zaterdag 25 maart) parochies en gemeenten een zo mogelijk oecumenische vesper of gebedsdienst houden om met Maria te gedenken dat ‘de Machtige grote dingen voor mij heeft gedaan’. En daarbij haar antwoord ‘Mij geschiede naar uw woord’ , te vieren als het door Gods genade bewerkte, vrije antwoord op zijn heilsaanbod voor heel de mensheid. Een uitdaging voor de kerken om in die vrijheid God en elkaar te ontmoeten. Een vrijheid die onze begrenzingen doorbreekt. Een uitdaging om wat Luther over het Magnificat schreef: haar houding van eenvoud en dienstvaardigheid als heilige geloofsgetuige, in onze dagen gezamenlijk te beproeven als voorbeeld voor alle gelovigen.

De redactie van De Eerste Dag (DED) en het moderamen van de Raad van Kerken hebben er op voorstel van het OFK mee ingestemd in DED suggesties aan te reiken voor een viering van ‘De aankondiging van de Heer’ op vrijdag 24 of zaterdag 25 maart 2017. Meer materiaal daarvoor is te vinden op www.de-eerste-dag.nl

Foto’s:

– inzetje linksboven: ds. Hans Uytenbogaardt
– midden rechts: Koorkapschild met Annunciatie, Zuid Nederland, 1470-1480, Museum Catharijneconvent Utrecht
– onder rechts: Adam en Eva en de Annunciatie, Vleugelaltaar Wittenberg, Lucas Cranach de Jongere, 1584, Germanisches Museum Nürnberg