“Verheugt u en juicht” (Mt. 5:12) zegt Jezus tegen degenen die omwille van Hem vervolgd worden. Het zijn woorden die qua toon passen bij het pontificaat van paus Franciscus. Met deze woorden, in het Latijn geciteerd als Gaudete et Exsultate, begint hij dan ook zijn exhortatie ‘over de roeping tot heiligheid in de wereld van vandaag’. Het is een document dat tegelijkertijd optimistisch en realistisch spreekt over de mogelijkheid tot onderscheidend christelijk leven.
De term ‘exhortatie’ betekent ‘aansporing’ en zo kan het document het beste gelezen worden. Franciscus besluit met de wens “dat deze bladzijden zullen helpen om de hele Kerk in staat te stellen om haarzelf opnieuw toe te wijden aan het bevorderen van het verlangen naar heiligheid” (GE 177). In deze bijdrage zal ik de hoofdlijnen van de exhortatie schetsen en daarbij enkele opmerkingen maken over de theologische achtergrond en oecumenische relevantie van het document.
Laagdrempelig document
Het eerste wat de lezer opvalt is de laagdrempelige stijl van de exhortatie. De paus gebruikt alledaagse voorbeelden over gadgets en afleidende beeldschermen, en hij spreekt regelmatig de lezer direct en zeer persoonlijk aan. Zo schrijft hij: “Laat me je iets vragen: zijn er moment waarop je jezelf stil in de aanwezigheid van de Heer brengt, waarop je rustig tijd met Hem doorbrengt, waarop je je laaft aan zijn blik? Laat je jouw hart ontvlammen door zijn vuur?” (GE 51). Dit is een ongebruikelijke stijlfiguur voor pauselijk documenten maar het zal voor velen een prettige leeservaring opleveren. We hebben hier niet te doen met een leerstellige uiteenzetting of een document van kerkelijke discipline. Gaudete et Exsultate is een aansporing die duidelijk uit het pastorale hart van paus Franciscus komt. Tegelijkertijd is het geworteld in de Bijbel en in de traditie van de katholieke kerk. Zo citeert de paus uitspraken van heiligen, het werk van de middeleeuwse theologen Bonaventura en Thomas van Aquino en werken van zijn directe voorgangers Johannes Paulus II en Benedictus XVI. Ook benoemenswaardig is dat hij vasthoudt aan zijn gewoonte om documenten van regionale bisschoppenconferenties te citeren. Franciscus put dus uit de rijkdom van de traditie van de kerk én maakt gebruik van de wijsheid van de wereldkerk.
Opzet van de exhortatie
De exhortatie valt in vijf delen uiteen. In het eerste deel poneert Franciscus de “roeping tot heiligheid” onder verwijzing naar het Tweede Vaticaans Concilie. In de constitutie over de kerk wordt gesteld dat het God “behaagd [heeft] de mensen geenszins afzonderlijk, zonder enig onderling verband, te heiligen en te redden, maar hen tot een volk te verenigen dat Hem naar waarheid zou erkennen en in heiligheid zou dienen” (Lumen Gentium 9). Deze heiligheid is “het meest aantrekkelijke gezicht van de kerk” (GE 9). Daar waar heiligheid zichtbaar wordt door martelaarschap is ook sprake van een Christelijk getuigenis dat over kerkgrenzen heen gaat. Deze gedachte van een “oecumene van het bloed” keert steeds terug in het spreken van paus Franciscus. Deel twee van de exhortatie gaat in op twee belangrijke obstakels voor een juist verstaan van heiligheid, te weten de oude ketterijen van het gnosticisme en pelagianisme. De theologische fundering voor dit gedeelte werd een maand eerder gepubliceerd in een afzonderlijk document van de Congregatie voor de Geloofsleer, onder de titel Placuit Deo. Kort gezegd is het bezwaar dat deze theologische neigingen tot gevolg hebben dat geloof een zaak wordt van een intellectuele en spirituele elite. Na deze obstakels benoemd te hebben gaat de paus in het derde deel in op de zaligsprekingen (Mt. 5:1-12) als “de identiteitskaart van de Christen”. Wie wil weten wat het betekent om een goed christen te zijn, kan het antwoord vinden in deze woorden van Jezus in de Bergrede, aldus Franciscus (GE 63). De paus behandelt elk van de zaligsprekingen afzonderlijk en licht toe op welke wijze ze de gelovige omvormen tot gelukkig en heilig mens. Hier werkt hij verder uit wat hij in het begin van zijn exhortatie al aanhaalt, namelijk de gelijkluidendheid van de woorden ‘geluk’ en ‘heiligheid’ in de christelijke traditie. De ‘zaligen’ van de Bergrede zijn mensen die daadwerkelijk gelukkig zijn, juist omdat zij Jezus roeping tot heiligheid verstaan en volgen. De delen vier en vijf van de exhortatie gaan in op de wijze waarop heiligheid nagestreefd wordt in het dagelijks leven. Positief bezien wordt zij nagestreefd door tekens van liefde voor God, en dit is het onderwerp van deel vier. De paus benoemt vijf kerneigenschappen van heilige en gelukkige christenen: een zekere zachtmoedigheid, humor, bevlogenheid, gemeenschapszin en “een geest van gebed en een behoefte aan gemeenschap met God” (GE 147). Het nastreven van heiligheid in het dagelijks leven is echter ook een geestelijke strijd, en dit vormt het onderwerp van het vijfde en laatste deel. De gelovige strijdt tegen zijn zwakheden maar ook tegen de duivel, die de paus uitdrukkelijk ziet als meer dan een mythe, symbool of idee (GE 160-161). Het is dus zaak om te onderscheiden of ingevingen van de Heilige Geest afkomstig zijn of van de geest van de wereld of de duivel. Deze gedachte van ‘onderscheiding der geesten’ is typisch voor de Ignatiaanse spiritualiteit waar de paus als Jezuïet vanzelfsprekend uit put (GE 166-175). Dit is ook van belang voor discussies over de uitleg van Amoris Laetitia waarin de term ‘onderscheiding’ een belangrijke rol speelt.
Een bruikbare gids
De exhortatie kan dienen als een persoonlijke gids voor de gedoopte christen die de roeping van zijn of haar doopsel serieus wil nemen. Paus Franciscus spreekt hier als herder tot zijn medegelovigen en dat maakt de tekst tot aangename en bemoedigende lectuur. Gezien de omvang en de rijkdom van het bronnengebruik zou het wel zinvol zijn om deze lezing bijvoorbeeld in parochie- of gemeenteverband te doen. De eerste initiatieven daarvoor worden al ondernomen. Het is te hopen dat er nog vele mogen volgen.
Drs. Anton ten Klooster is verbonden aan de Tilburg School of Theology, hij is priester van het aartsbisdom Utrecht. Hij promoveert binnenkort een proefschrift over de uitleg van de zaligsprekingen door Thomas van Aquino.
Voor het tijdschrift Perspectief zal Anton ten Klooster nog een uitvoeriger artikel over deze exhortatie schrijven.