Bij gelegenheid van de uitgave van de Nederlandse vertaling van ‘Communion and Otherness’, één van de belangrijke werken van John Zizioulas uit 2006, organiseerden de Katholieke Vereniging voor Oecumene, uitgeverij Skandalon, de Tilburg School of Theology en de Vereniging voor Theologie op 17 mei 2019 in Utrecht een drukbezocht symposium. Vijf jaar werkte zr. Hildegard Koetsveld o.s.b. (foto) aan de vertaling.
Ze begon eraan omdat ze het boek samen met anderen ging lezen. Mede door de reacties van anderen ontdekte ze hoe belangrijk dit boek is voor zoekende mensen, kerk, oecumene en samenleving. ‘Zizioulas heeft een groots boek geschreven dat belangrijk is voor de toekomst’, zei zr. Hildegard in haar openingswoord. Het boek is een antwoord op het secularisme en het individualisme in onze tijd. Centraal staat de gedachte dat het persoon-zijn van Vader, Zoon en heilige Geest in gemeenschap en andersheid constitutief is voor het persoon-zijn van iedere mens.
Perichorese
Drie theologen gaven hun visie op dit boek. v. Meletios Webber (orthodox) gaf belangrijke achtergrondinformatie. Zizioulas wil een bijdrage leveren aan de theologische dialoog met de Westerse theologie en filosofie. Hij baseert zich daarbij op bestaande teksten van kerkvaders. In dit boek nemen de Cappadociërs een centrale plaats in. Zij waren er van doordrongen dat de christelijke ervaring van God diep doordrenkt was van de Joodse openbaring, terwijl ze de Griekse taal gebruikten om dat uit te drukken. Hun theologie is er op gericht de lezer binnen te leiden in het mysterie, niet om het mysterie te ontrafelen of op te lossen. In de Griekse orthodoxie is er kritiek op Zizioulas. Kritiek komt met name van de monniken van Athos. Zizioulas is dan ook niet representatief voor de hele orthodoxie. v. Meletios zelf is enthousiast over het boek. Zizioulas legt op een welsprekende manier uit wat de christelijke ervaring van God betekent: ‘De perichorese, de eeuwige beweging van liefde binnen de drie-eenheid, is het eeuwige model niet alleen van hoe het universum zou moeten zijn, maar meer in het bijzonder van het leven van een authentiek mens’. Kritische kanttekeningen bij het werk van Zizioulas betroffen zijn eenzijdig negatieve visie op individualiteit en zijn te gemakkelijke kritiek op de psychologie die sinds Freud nog een hele ontwikkeling heeft doorgemaakt. Volgens v. Meletios staat de theologie in onze tijd opnieuw voor de opdracht te doen wat de Cappadociërs in hun tijd deden: ‘het leven van God weer te geven volgens de volheid van de hedendaagse wijsheid en kennis’.
Personalistische ontologie
Voor prof. dr. Rudi te Velde (rooms-katholiek) gaf de visie van Zizioulas op gemeenschap en andersheid een gevoel van herkenning. Hij refereerde aan zijn studie van Thomas, die zich net als Zizioulas liet inspireren door de Drie-eenheid als metafysisch model van intersubjectiviteit. In zijn beschouwing ging Te Velde in op drie kernbegrippen in het werk van Zizioulas: andersheid, persoon en de dood. Vanuit de opvatting dat het zijn een gave is, de Ander veronderstelt en alleen in relatie kan bestaan, ontwikkelt Zizioulas een personalistische ontologie. Dit in onderscheid met een substantialistische ontologie, waarin het zijn op zichzelf berust. ‘Persoon-zijn in de visie van Zizioulas is imago Dei: als imago Dei is de mens ertoe bestemd zijn persoon zijn in een vrije relatie tot God uit te oefenen’. Te Velde laat zien dat het westerse persoonsbegrip is voortgekomen uit de trinitaire en christologische debatten vanaf 4e eeuw. Tegenover het westerse substantialistische persoonsbegrip dat teruggaat tot Boëthius in de 6e eeuw, ontwikkelt Zizioulas een theologie van de persoon, door Te Velde getypeerd als ‘een existentialistische ontologie van de persoon, verbinding van ekstasis en hypostase’. In het derde en laatste deel van zijn lezing gaat Te Velde in op de visie van Zizioulas op dood en verrijzenis. De dood is meedogenloos. Al het geschapene wordt prijsgegeven aan de dood. Het bijzondere van de personalistische theologie van Zizioulas is dat door en in Christus de verbinding gegeven is tussen de geschapen en ongeschapen wereld. ‘Alleen een nieuwe geboorte, een nieuwe hypostase in Christus biedt uitzicht op eeuwig leven, als eenheid van vrijheid en liefde.’ ‘De wereld kan slechts leven als ze in relatie is, in gemeenschap met God, aan zichzelf overgegeven valt ze ten prooi aan de dood’, zo besloot Te Velde zijn inleiding.
Eucharistische levenshouding
Prof. dr. Heleen Zorgdrager (protestant) sprak haar waardering uit voor de vertaalster en uitgeverij Skandalon. Het werk van één van de meest prominente orthodoxe theologen van dit moment is toegankelijk gemaakt in een uitstekend vertaald boek. Fijntjes wees ze er op dat uit de Nederlandse vertaling van de ondertitel het woord ‘Kerk’ is weggelaten. Daarmee maakte ze meteen duidelijk dat ‘persoon’ hoogstens de ene helft is van het perspectief van Zizioulas’ theologie. Op de manier van de ‘receptive ecumenism’ (Paul Murray) reflecteerde Zorgdrager op enkele centrale inzichten in dit werk die van betekenis kunnen zijn voor protestantse theologie en kerk. Aan de orde komen: de notie van persoon-zijn in de Triniteitsleer en antropologie, het probleem van de monarchie van de Vader, de eucharistische ecclesiologie en de hiërarchie in de Kerk. Met waardering en instemming spreekt Zorgdrager over de notie van het persoon-zijn en de eucharistische ecclesiologie. De protestantse theologie ‘met haar antropocentrische wereldbeeld’ kan zoveel leren van een eucharistische levenshouding waarin de menselijke natuur ‘haar extatische beweging naar God en de ander herwint’. Kritischer is haar reflectie op de monarchie van de Vader en de hiërarchie in de Kerk. Onder verwijzing naar enkele critici wordt Zizioulas’ interpretatie van de Cappadocische vaders in Frage gesteld en wordt de vraag opgeworpen of in zijn opvatting de Zoon en de Geest niet ondergeschikt zijn aan de Vader. Zorgdrager is ronduit kritisch over de reactie van Zizioulas op kritiek van feministische theologen. Volgens haar heeft hij de portee van hun kritiek niet begrepen. Tenslotte maakt Zorgdrager kritische opmerkingen bij de hiërarchische visie op de kerk waarin de bisschop het principe van eenheid is. Waar blijft de aandacht voor conciliariteit, synodaliteit en sobornost? Ook betwijfelt ze of persoonlijk gezag per se gesymboliseerd moet worden in de figuur van één persoon, een bisschop, of ook meervoudig kan zijn?
Icoon van Roebljov
Aan het einde van het symposium werd het boek ‘Gemeenschap en andersheid’ door ds. Jan de Vlieger, directeur van uitgeverij Skandalon, aangeboden aan ds. Saskia van Meggelen, preses van de PKN en mgr. Herman Woorts, vertegenwoordiger van de RK Bisschoppenconferentie. Ds. Van Meggelen zei in haar reactie dat dit boek ‘ons kan helpen op onze zoektocht naar de balans tussen ware gemeenschap en onze doorgeslagen individualiteit, die kan ontaarden in het koesteren van allerlei vijandsbeelden.’ Mgr. Woorts toonde de zaal vanaf zijn mobieltje de bekende icoon van Andrej Roebljov, de drie engelen op bezoek bij Abraham, symbool van de Drie-eenheid, die in open halve cirkel, iedere mens uitnodigt om in relatie te treden.
De teksten van het symposium verschijnen in de loop van dit jaar in het tijdschrift Perspectief van de Katholieke Vereniging voor Oecumene.