Bij gelegenheid van 75 jaar bevrijding stuurde mgr. Herman Woorts, bisschop-referent voor Kerk en Jodendom namens de RK Bisschoppen in Nederland, de Joodse gemeenschap een groet van verbondenheid. In deze brief staat hij allereerst stil bij het enorme verdriet dat de Joodse gemeenschap door de holocaust is overkomen en dat niet vergeten mag worden. Tevens wijst hij op recente verklaringen van Paus Franciscus en de kerken in Nederland tegen opkomend antisemitisme.
Samen met de Protestantse Kerk in Nederland gaf de RK Kerk op 28 juni 2019 een verklaring uit tegen het opkomend antisemitisme. Daarin wordt gezegd: “Wij rekenen het ook tot onze verantwoordelijkheid er alles aan te doen om antisemitisme in de hele samenleving tegen te gaan en om initiatieven te ondersteunen die daar een dam tegen opwerpen. Hierbij roepen wij de overheid alsook de hele samenleving op om alles te doen wat in haar vermogen ligt om antisemitisme te bestrijden.”
Sinds de oorlog zijn de relaties tussen de RK Kerk en het Jodendom, wereldwijd en landelijk, sterk verbeterd. Mgr. Woorts wijst op de betekenis van Nostra Aetate (1965), het document van het Tweede Vaticaans Concilie, dat een grote mentaliteitsverandering heeft bewerkt en wederzijds vertrouwen en vriendschappen tussen katholieken en joden bevorderde.
Ook wijst hij op de brief van de Nederlandse bisschoppen uit 1995 b.g.v. 50 jaar bevrijding, waarin de bisschoppen herinneren aan het moedige optreden van aartsbisschop J. de Jong, maar ook zelfkritisch terugblikken op de rol van katholieken tijdens de oorlog (hadden we niet meer moeten doen?) en de lange geschiedenis van het theologisch en kerkelijk anti-judaïsme dat bijgedragen heeft aan het ontstaan van een klimaat waarin de Sjoa kon plaatsvinden.
De brief sluit af met een passage over de warme ondelinge betrekkingen die mede onder invloed van Nostra Aetate zijn gegroeid. De jaarlijkse Dag van het Jodendom op 17 januari aan de vooravond van de Gebedsweek voor de Eenheid speelt hierin een belangrijke rol. Mgr. Woorts spreekt de hoop en het vertrouwen uit, “dat de onlosmakelijke verbondenheid, die wij als katholieken met het Joodse volk hebben, mag groeien en tot zegen zal zijn voor deze wereld die de Eeuwige ons heeft toevertrouwd.”