Deze Pokrof opent met een artikel over de markante dichter Vjatsjeslav Ivanov. In communistisch Rusland van de jaren ’20 van de vorige eeuw woonden er Derde Orde-zusters Dominicanessen in Moskou. Een getuigenis van een van hen wordt belicht. En hoe vergaat het veel kloosters in hedendaags Roemenië, nu de jaren van grote bloei achter hen liggen? Serafim van Sarov is nog altijd een inspirerende heilige, zo blijkt uit een preek van vader Pavel Adelgeim. Een volgend artikel gaat in op hoe de Russische priester Aleksej Uminskij de functie van het preken in de liturgie ziet. De theoloog Razvan Porumb schetst de attitude die een orthodox moet hebben als het over oecumene gaat. In de rubriek ‘Byzantijnse liturgie’ gaat het over het Gebed van Efrem, dat zo vaak in de vasten gebeden wordt.
Het tijdschrift Pokrof (met jaargangen 1953-2022) was gewijd aan de wereld van het Oosters Christendom. Het blad werd gemaakt door de een onafhankelijke en oecumenisch samengestelde redactie. De redactie streefde ernaar diverse aspecten van het Oosters Christendom voor een breed publiek te presenteren. Behalve aan de spirituele kant van het Oosters Christendom (liturgie, iconen, muziek) besteedde Pokrof aandacht aan de geschiedenis van Oosterse Kerken, de orthodoxie in literatuur en kunst en aan de relatie tussen kerk en staat.
Het tijdschrift Pokrof ging in 1953 als initiatief van de paters Kapucijnen van start. Vanaf het midden van de jaren tachtig werd het uitgegeven door Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken. Vanaf 2001 was het een uitgave van de Katholieke Vereniging voor Oecumene. In 2022 werd het tijdschrift omgevormd tot het Platform Oosters Christendom, onderdeel van het Instituut voor Oosters Christendom (IvOC) aan de Radboud Universiteit.