Deze Pokrof opent met een artikel over Mokranjac, de Servische componist wiens muziek nog steeds gezongen wordt in de
Servisch-orthodoxe Kerk. Het tweede artikel handelt over Sint-Herman van Alaska, die onder de Aleoeten en andere inheemse volkeren van Alaska missioneerde. Daarna volgt een blik op het leven van pater Frans van der Lugt, die in 2014 in Syrië werd vermoord. De meditatie verhaalt over Nicolaas de Dwaas hoe die tsaar Iwan de Verschrikkelijke weerhield van de vernietiging van de stad Pskov. Verder komt het onderzoek ter sprake naar de hoogmiddeleeuwse handschriften van de Berg Athos. De waardigheid van de leek volgens de Russisch-Franse theoloog Paul Evdokimov komt ter sprake in een uit het Frans vertaald artikel. Deze editie van Pokrof sluit af met de rubriek ‘Byzantijnse Liturgie’, dit keer over de zogeheten kleine waterwijding.
Het tijdschrift Pokrof (met jaargangen 1953-2022) was gewijd aan de wereld van het Oosters Christendom. Het blad werd gemaakt door de een onafhankelijke en oecumenisch samengestelde redactie. De redactie streefde ernaar diverse aspecten van het Oosters Christendom voor een breed publiek te presenteren. Behalve aan de spirituele kant van het Oosters Christendom (liturgie, iconen, muziek) besteedde Pokrof aandacht aan de geschiedenis van Oosterse Kerken, de orthodoxie in literatuur en kunst en aan de relatie tussen kerk en staat.
Het tijdschrift Pokrof ging in 1953 als initiatief van de paters Kapucijnen van start. Vanaf het midden van de jaren tachtig werd het uitgegeven door Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken. Vanaf 2001 was het een uitgave van de Katholieke Vereniging voor Oecumene. In 2022 werd het tijdschrift omgevormd tot het Platform Oosters Christendom, onderdeel van het Instituut voor Oosters Christendom (IvOC) aan de Radboud Universiteit.