Het Oud-katholieke Seminarie publiceert vanaf 1975 de reeks Theologische Verkenningen. Vorig jaar verscheen de 60e aflevering met bijdragen van twee symposia uit 2017 en 2018. Het eerste symposium “Ambt en spiritualiteit” werd gehouden naar aanleiding van het 12,5 jarig priesterjubileum van Peter-Ben Smit, die voor de eindredactie van deze aflevering tekent. De aanleiding voor het tweede symposium over roeping was het afscheid van Grete Verheij-de Jager als studentenpastor. De titel volgt de chronologie van de symposia. Inhoudelijk was het beter geweest om in de titel ‘roeping’ vooraan te zetten.
De bundel biedt stof voor een oecumenisch gesprek over roeping, ambt en spiritualiteit. De bijdragen zijn zeer gevarieerd en lenen zich ervoor om in een oecumenische kring besproken te worden. De auteurs komen uit verschillende kerken en zetten helder en openhartig hun visie op roeping, spiritualiteit en ambt uiteen.
Het ambt seculariseert
Ds. Marleen Blootens maakte de overstap van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt naar de Protestantse Kerk in Nederland om haar roeping tot predikant te kunnen realiseren. Ze is nog steeds blij dat ze die stap heeft gemaakt, ook nu de synode van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt besloten heeft alle ambten voor vrouwen open te stellen. In haar bijdrage blikt ze terug op haar ervaringen als predikant in Amsterdam in de afgelopen vijf jaar. Ze heeft een hoge opvatting van het kerkelijk ambt dat een vervulling is van haar persoonlijke en geestelijke verlangen om te vertellen over Gods goedheid en aanwezigheid bij mensen in allerlei verschillende situaties. Tegelijkertijd weet ze zich uitgedaagd door het gegeven dat het kerkelijk ambt zelf seculariseert. In haar omgeving neemt ze waar dat het ambt ook gezien en beleefd wordt als een baan en dat de predikant geacht wordt de gemeente te runnen. In formulieren en teksten van de kerk is de taal van de roeping prominent aanwezig, maar in de praktijk staat het geloof in die roeping onder druk. Haar artikel sluit af met een pleidooi voor de zichtbaarheid van het ambt (boordje) dat zich primair toelegt op zielzorg.
Christus begroeten in de gelovigen
Jos Moons sj, rooms-katholiek theoloog en priester, houdt de idee van de priester als alter Christus kritisch tegen het licht van het Tweede Vaticaans Concilie. Het Concilie gaf met de Constitutie Lumen gentium een aanzet tot vernieuwing van de visie op de Kerk. Voorop staat de Kerk als communio, niet de institutionele of hiërarchische ordening van de Kerk. Als het priesterbeeld van de alter Christus te sterk benadrukt wordt, bestaat het risico dat de ambtsdrager alles naar zich toetrekt en de gelovigen niet meer zijn dan passieve deelnemers. Moons stelt daar het apostolaat van de bemoediging tegenover dat zich erop zou moeten toeleggen Christus in de gelovigen te begroeten.
Priesterspiritualiteit?
Mattijs Ploeger, rector van het Oud-katholiek Seminarie gaat op zoek naar het specifieke van de priesterspiritualiteit. Bij de begeleiding van studenten was hem opgevallen dat zij daar geen duidelijk beeld van hebben. Hij probeert dat te verklaren door te wijzen op de oud-katholieke ambtsopvatting waarin zowel klerikalisme als anti-klerikalisme vermeden worden. Hij pleit voor een balans tussen gemeente en priester. Gemeente en gelovigen doen zichzelf tekort als ze zelf niet groeien in christelijke spiritualiteit, maar deze geheel neerleggen bij de priester. Een specifieke priesterspiritualiteit – zo die er is – volgt uit de bijzondere positie van de priester als voorganger in de gemeente en uit het gegeven dat het ambt persoonlijk wordt belichaamd. Dat neemt niet weg dat er in de beleving van het priesterschap in de Oud-katholieke Kerk verschillen zijn.
Geroepen tot leiderschap
De priorin van de priorij Klaarland van de Trappistinnen in Bocholt, zr. Rebekka Willekes, vertelt wat er in haar leven veranderde toen ze in 2011 tot priorin van het klooster werd gekozen. Kerkelijke functies en verantwoordelijkheden worden in monastieke literatuur vaak gezien als een belemmering voor het godgewijde leven. zr. Willekes maakt duidelijk dat dat niet persé zo hoeft te zijn. Weliswaar verandert er het een en ander. Ze kan niet meer zoals voorheen de tijd indelen naar het ritme van het klooster en wordt voortdurend onderbroken door mensen of zaken die aandacht vragen. Maar dat doet toch geen afbreuk aan haar religieuze leven zolang het geestelijk kompas maar goed is afgesteld op de dienst aan God en aan mensen.
Geroepen door de levende Heer
In de laatste bijdrage van Wim Dekker, em. predikant van de Protestantse Kerk, worden gedachten over roeping van de christen en de ambtsdrager gepresenteerd in het licht van leven en werk van Dietrich Bonhoeffer. Dekker reflecteert op het verschil tussen “psychisch” en “pneumatisch” bij Bonhoeffer. Er komt geen eenduidige opvatting over roeping en ambt uit deze bijdrage naar voren. Een zekere vrees voor de macht van religie overheerst. Het geheim van de roeping is de levende Heer zelf, zegt Dekker. Die roeping voert zowel naar de Kerk toe als uit de Kerk weg de wereld in. Het bijzonder ambt is een grote genade, maar niet meer of beter dan de roeping tot het leiden van een christelijk leven en staat in dienst daarvan.
Het is een leuke en lezenswaardige bundel. Na lezing blijf je wel zitten met de vraag hoe de verschillende opvattingen zich tot elkaar verhouden en hoe binnen de Oud-katholieke Kerk gedacht over wederzijdse erkenning van ambten en bedieningen. Een synthetische inleiding of uitleiding over de oecumenische bedoeling en betekenis van deze bundel zou zeker geholpen hebben.