De Heilige Desem in de Assyrisch-Apostolische Kerk van het Oosten is een sacrament dat geheel eigen is aan deze kerk. Het speelt een rol in twee rituelen; het bakken van het eucharistische brood en de zogeheten hernieuwing van de Heilige Desem.
De Assyrisch-Apostolische Kerk heeft net als veel andere kerken een zevental sacramenten, getal van volheid. Maar de invulling van dat zevental wijkt af van de bekende sacramenten, zoals die met name in de katholieke kerk voorkomen.
Zevental sacramenten anders ingevuld
Met de rooms-katholieke en sommige andere kerken heeft de Assyrisch-Apostolische Kerk vijf sacramenten gemeenschappelijk:
– Doop
– Vormsel
– Eucharistie
– Biecht
– Wijdingen
De Assyrisch-Apostolische Kerk kent wel het huwelijk, maar niet als sacrament en ze heeft ook niet de ziekenzalving als sacrament. In plaats daarvan heeft ze twee andere sacramenten:
– het sacrament van het Heilig Kruis en
– het sacrament van de Heilige Desem.
Over dit laatste sacrament gaat het hier (over het sacrament van het Heilig Kruis komen we later te spreken in een andere bijdrage aan ‘Sacramenten in de Oosterse Kerken’)
Sacramenten heten in de Assyrisch-Apostolische Kerk razé (enkelvoud raza), te vertalen met mysteriën, zoals in het christelijk Oosten de sacramenten doorgaans worden aangeduid.
Brood bakken
Als de Assyrisch-Apostolische priester op de ochtend van de eucharistie voorafgaand het brood voor de communie toebereidt, voegt hij aan het deeg een soort poeder toe. Dit poeder is een portie van de Heilige Desem. Aan het deeg is ook normaal zuurdeeg toegevoegd. De heilige zuurdesem heet malka, wat koning betekent (over het waarom van die benaming verderop iets meer).
Oude legende
De malka gaat terug op een oude apocriefe legende. (Er zijn feitelijk meerdere versies hiervan in omloop; wij nemen de meest gangbare.) Bij het Laatste Avondmaal gaf Jezus aan de apostel Johannes twéé stukje stukjes van het eucharistische brood, één om te nuttigen en één om te bewaren voor de malka.
Deze Johannes was degene die met de vrouwen onder het kruis stond. Toen Jezus’ zijde na zijn sterven werd doorboord, kwamen daar water en bloed uit. Johannes ving met het bewaarde stukje brood bloed uit Jezus’ zijde op. Later heeft Johannes aan alle apostelen een stukje van dit met Christus’ bloed doordrenkte brood gegeven als een soort desem voor het bakken van het eucharistisch brood. Zo raakte de heilige desem over heel de kerk wereldwijd verspreid, maar het gebruik ging overal verloren, zo is de opvatting, maar bleef in de Assyrisch-Apostolische Kerk bewaard. Bij iedere Assyrisch-Apostolische eucharistieviering wordt er bij het bakken van het brood voor de communie de malka bij het deeg gemengd. Zonder malka is de eucharistieviering niet geldig. De malka is de fysieke link van elke eucharistie met het Laatste Avondmaal.
Continuïteit bewerkstelligend
In alle kerken kent het eucharistisch gebed de zogeheten Instellingswoorden: Dit is mijn Lichaam, dit is mijn Bloed. Zij vormen de woordelijke link met het Laatste Avondmaal. Alleen één eucharistisch gebed in de Assyrisch-Apostolische Kerk, de zogeheten anafora van Addai en Mari, kent geen eigenlijke Instellingswoorden (in twee andere Assyrisch-Apostolische anafora’s komen ze wel voor). Het Vaticaanse document dat de rooms-katholieke verhouding met de Assyrisch-Apostolische Kerk regelt, zegt het niettemin zo: […] “de woorden van de Instelling van de Eucharistie zijn inderdaad aanwezig in de Anafora van Addai en Mari, niet op een coherente narratieve manier en ad litteram (= naar de letter) maar veeleer op een verspreide euchologische wijze, dat wil zeggen, geïntegreerd in achtereenvolgende gebeden van dankzegging, lofprijzing en voorbede.” Daar komt dan nog bij dat de Assyrisch-Apostolische Kerk met de malka de continuiteit met het gebeuren in de zaal van het Laatste Avondmaal uitdrukt, omdat de malka – zo gelooft men – ononderbroken teruggaat op het eucharistisch brood van het Laatste Avondmaal.
Malka
Over de naam malka voor de Heilige Desem zegt Mar Awa Royel, bisschop van Californië, het volgende: “[De Heilige Desem] wordt waarschijnlijk aangeduid als de Malkā omdat de grote meerderheid van aanhangers van de Assyrische Kerk van het Oosten leefden onder heersers die geen christelijke monarchen waren. Daarom, bij afwezigheid van een christelijke koning die niet alleen de gelovigen regeerde maar hen ook behoedde voor kwaad, zag de Kerk het als passend om deze zeer belangrijke desem aan te duiden als dé koning die wij hadden” (‘The Sacrament of the Holy Leaven (Malkā) in the Assyrian Church of the East’, p 368).
Hernieuwing van de Heilige Desem
Elk jaar op Witte Donderdag, de donderdag in de Goede Week, vindt de hernieuwing plaats van de malka. Bij de bestaande malka wordt nieuw deeg gevoegd, een mengsel van fijn tarwemeel, zout, olijfolie en water, en met elkaar gemengd zodat er weer voldoende Heilige Desem is voor het komende jaar. Deze hernieuwing wordt verricht door de bisschop onder een veelvoud van gebeden. Iedere parochie ontvangt een portie van deze hernieuwde Heilige Desem.
Besluit
De malka is geheel eigen aan de Assyrisch-Apostolische Kerk, maar voor hen een volledig serieus te nemen sacrament en niet zomaar een (eigen)aardige bijkomstigheid. Het sacramentele karakter schuilt m.i. in het feit dat de malka door zijn continuïteit met het brood van het Laatste Avondmaal dit Laatste Avondmaal van weleer actualiseert in de eucharistie die de geloofsgemeenschap telkens weer viert. Tevens heeft de malka waarschijnlijk gefunctioneerd als een sterk middel tot eenheid toen de Assyrisch-Apostolische Kerk in de middeleeuwen een over heel Azië verspreide – tot in China toe – missionaire kerk was.
Foto’s:
– Eucharistisch brood van de Assyrisch-Apostolische Kerk (Foto: Wikimedia Commons)
– idem
– Assyrisch-Apostolische eucharistieviering (Foto: L. van Leijsen)