18 mei 2003 – Oosterse christenen in Roemenië

Op de brug naar het Westen

Iconen hebben door de eeuwen heen een steeds belangrijkere plaats gekregen in de geloofstraditie van de oosters-orthodoxe kerken. Ze spelen een onvervangbare rol in de liturgie, maar ook in de ‘privé’-spiritualiteit van de orthodoxe gelovigen.

Aan de basis van het ontstaan van de iconenverering staat een sterke volksreligiositeit, die echter steeds weer werd opgenomen door de monastieke milieus van de Orthodoxe Kerk.
Door de eeuwen heen is de iconenkunst uitgekristalliseerd tot een kunst met theologische regels en hoogstaande artistieke kenmerken. Toch was er steeds het volksreligieuze aspect, waarmee de officiële iconenkunst in een zekere ‘spanning’ stond, maar niettemin ook nauw mee samenleefde.
In de 18e eeuw ontstond in Roemenië de voor het land typische glasicoon. De stijl is volks en de thema’s hoeven niet per se volgens de officiële canones (kerkelijke regels) van de Byzantijnse icoonschilderkunst te zijn. Ze weerspiegelen veeleer de concrete vroomheid van de gewone orthodoxe gelovigen.
De icoon ‘Jezus als de Wijnstok’, van de poster van de Zondag voor de Oosterse Kerken 2003, is zo’n ‘volkse’ icoon uit negentiende-eeuws Oltenië, een landstreek ten noordwesten van de Roemeense hoofdstad Boekarest. ‘Jezus als de wijnstok’ is een geliefd thema in de Roemeense volkskunst.
Het schilder van een glasicoon is een kunst op zich, omdat de schilder begint met wat normaliter het laatst wordt geschilderd: de omlijning. De achtergrond wordt pas als laatste geschilderd. Geen gemakkelijk procédé.

Oosterse christenen in Roemenië
Op de brug naar het Westen

Leo van Leijsen. In: Katholiek Nieuwsblad 10-01-2003

Roemenië maakt de laatste jaren een belangrijke ommezwaai naar het Westen. In een land vol geschiedenis peilde KN de stemming rond religie en oecumene, en de betekenis van de nieuwe Roemeense koers voor de Kerken.

Op de valreep van 1989 ontdeed Roemenië zich van het communistische regime, dat sinds 1948 aan de macht was geweest. Minder dan dertien jaar later, begin oktober 2002, werd besloten dat dit voormalige Oostblokland zich in 2007 mag aansluiten bij de Europese Unie. Roemenië wordt wat het – naar eigen aanvoelen – hartstochtelijk is, maar meer dan 40 jaar niet mocht zijn: westers!

Latijns én Byzantijns

Het feit dat het land een Romaanse taal (‘Roemeens’!) spreekt, een dochter van het Latijn, onderstreept die gerichtheid op het Westen. Roemenië, oorspronkelijk bewoond door het volk der Daciërs, werd ooit een Romeinse kolonie. Veteranen van de Romeinse cohorten kregen er na een vechtzaam leven een lapje grond. En uit al het moois dat tussen hen en de oorspronkelijke bewoners opbloeide, kwam een Daco-Romeinse bevolking voort. Zij ontwikkelde de taal van de nieuwkomers tot het huidige Roemeens.
Religieus gezien hoort Roemenië vooral bij het christelijke Oosten. In de eerste eeuwen na Christus bevond er zich al een christelijke Kerk. Het is niet duidelijk of dit eerste christendom nu eenduidig westers of oosters was. Wel is duidelijk dat naarmate het christendom van het voormalige Romeinse Rijk zich ontwikkelde in een westerse, Latijnse vorm én een oosterse, Byzantijnse vorm, Roemenië in de invloedssfeer van de laatste terechtkwam. Deze ‘Byzantijnse’ vorm van christendom, de orthodoxe Kerk, drukt een groot stempel op het Roemeense volk.

Verstrengeling

Deze historische verstrengeling wordt mooi uitgedrukt, als ik op de eerste morgen van mijn reis het Roemeens-orthodoxe patriarchaat in Boekarest bezoek. “Kijk”, zegt de jonge patriarchale diaken, die tegelijkertijd gids is, en hij wijst naar een opmerkelijke sculptuur. Op de buitenmuur van de kathedraal bevindt zich op drie meter hoogte een lang horizontaal ‘koord’ in steen, gevlochten uit drie strengen, dat het exterieur van de kerk omspant. “De drie verstrengelde draden symboliseren de eenheid van Vader, Zoon en heilige Geest, maar ook van de drie gebieden van Roemenië: Walachije, Transylvanië en Moldavië.” Met deze dubbele interpretatie maakt hij de bijzondere band duidelijk tussen het Roemeens-orthodoxe geloof en de Roemeense natie.
In de orthodoxe Kerk leeft sterk het bewustzijn dat zij een doorslaggevende rol heeft gespeeld in de vorming van de Roemeense natie en staat. In een wetsvoorstel op de godsdiensten uit 1999 werd echter de omschrijving van de Roemeens-orthodoxe Kerk als ‘nationale Kerk’ geschrapt na protesten van andere Kerken. Dit zeer tot leedwezen van de orthodoxen, die verklaarden dat ‘nationale Kerk’ niet betekende ‘meer geprivilegieerd’. In 2000 verdween mét de toenmalige regering het wetsvoorstel.
Ook zonder het wetsvoorstel blijft de Orthodoxe Kerk sterk geworteld in de Roemeense bevolking. De kerken zitten vol op zondag, maar ook op weekdagen. De Roemeens-orthodoxe Kerk is trots op haar oosters-orthodoxe erfenis, maar doet tegelijkertijd alle moeite haar brugfunctie naar het Westen te onderstrepen, met name via de oecumene. Als tegenbezoek voor de reis van de paus naar Roemenië in 1999 toog de Roemeens-orthodoxe patriarch Teoctist onlangs nog, in oktober 2002, voor een week naar het Vaticaan.

Oecumene

De Roemenen die ik ontmoet, zijn open. Vooral in Boekarest bestaat een grote oecumenische openheid. Orthodoxen studeren en doceren aan katholieke theologische instellingen. De orthodoxe priesters zijn zeer voorkomend tegenover mij als niet-orthodox. Veel hoge geestelijken hebben buiten Roemenië aan niet-orthodoxe theologische faculteiten gestudeerd. De Roemeens-orthodoxe Kerk heeft een oecumenisch imago. Ik reis naar Iaşi, hoofdstad van Roemeens Moldavië, waar metropoliet Daniel zetelt, een kopstuk van de oecumene. De bisschop, een druk bezet man, kan ik niet ontmoeten, maar de oecumenische vertegenwoordiger van het bisdom ontvangt mij hartelijk.
Bij nadere kennismaking blijkt de oecumene in Roemenië echter weerbarstig. Menigeen in de orthodoxe Kerk draagt haar een warm hart toe, vooral in de top, maar aan de basis, onder sommige gelovigen en in bepaalde kloosters, leven ‘fundamentalistische’ ideeën. Sommigen vinden oecumene ketterij.

Grieks-katholieken

Een bijzondere oecumenische weerbarstigheid is er in het noord-oostelijke Transylvanië. Tijdens het recente bezoek van de patriarch aan Rome is ongetwijfeld weer gesproken over de Roemeense Grieks-katholieke Kerk, die met name in Transylvanië in grote onmin leeft met de orthodoxe Kerk. In Transylvanië, dat tot 1918 bij het katholieke Habsburgse Rijk behoorde, leidden orthodoxe Roemenen een bestaan van lijfeigenschap en politieke rechteloosheid in een maatschappij die werd geregeerd door katholieke maar ook protestantse Hongaren en Duitsers. In hun hoop burgerrechten te krijgen van de katholieke Habsburgers, gingen orthodoxen in 1700 een kerkelijke unie met Rome aan, onder behoud van hun Byzantijnse traditie. In 1948 werd deze Grieks-katholieke Kerk met geweld opgeheven en verloor zij haar bezittingen aan de communistische staat en de Roemeens-orthodoxe Kerk. Bij de val van het communisme in 1989 kreeg zij haar rechten terug, maar niet al haar kerken. De strijd hierover tussen Grieks-katholieken en orthodoxen woedt nog steeds in Transylvanië en verziekt de relatie tussen beide Kerken.
Bij mijn bezoek aan Cluj, de hoofdstad van het gebied, waar ik zowel met de orthodoxe als de Grieks-katholieke zijde spreek, is het conflict duidelijk voelbaar. Toch hoor ik van beide zijden dat zich de spanningen vooral op officieel niveau afspelen, en dat er officieus en in de persoonlijke sfeer juist veel goede contacten zijn. In veel families leven Grieks-katholieken en orthodoxen zonder problemen met elkaar. De rooms-katholieke Kerk van de westerse ritus in Roemenië is duidelijk oecumenisch en ontplooit grote catechetische en sociale activiteit.

Uitdagingen Europa

In gesprekken met vertegenwoordigers van de Kerken, maar ook met gewone gelovigen, merk ik, dat er – ondanks, soms, oecumenische malaise – grote eensgezindheid is over de westerse koers van het land. Over het algemeen staat men er positief tegenover en benadrukken juist orthodoxen hun westerse identiteit. Maar in bepaalde ‘westerse’ zaken, zoals de geseculariseerde samenleving, abortus, euthanasie en homoseksualiteit, kan de Kerk volgens mijn zegslieden geen coulante houding aannemen. Vooral homoseksualiteit spreekt in negatieve zin nogal tot de verbeelding, want tot driemaal toe beginnen mensen er ongevraagd tegen mij over.

Traditie in overgang

In en om Boekarest en Iaşi, maar ook rond het Moldavische Neamţ bezoek ik prachtige kloosters van de Roemeens-orthodoxe Kerk. Voor mij symboliseren die kloosters – vaak burchten – de solide traditie van deze Kerk en de toekomst waarvoor ze staat. Ik tref in de kloosters een levende spiritualiteit aan. Ik maak er fundamentalisme mee, maar ook oecumenische openheid. Ik hoop dat de spiritualiteit die gebaseerd is op een oeroude traditie en tegelijkertijd getuigt van een grote openheid, de christenen in het Roemenië van de toekomst zal inspireren.

Oppervlak: 6 x Nederland. Inwoners: 23 miljoen President: Ion Iliescu. Etnische Roemenen: 90%. Anderen: Hongaren, Oekraïners, Russen, Roma (zigeuners), Bulgaren, Turken, Duitsers. Roemeens-orthodoxe Kerk: 87% Hoofd: Patriarch Teoctist. Grieks-katholieke Kerk (10% in 1948): 1% (volkstelling 1992) tot ruim 3% (Grieks-katholieke statistieken 1999). Hoofd: Aartsbisschop-metropoliet Lucian Mureşan. Rooms-katholieke Kerk: 5% Hoofd: Aartsbisschop Ioan Robu. Protestantse Kerken (lutheranen, calvinisten en unitariërs) en ‘neo-protestantse’ (baptisten, pinkstergelovigen, adventisten) Kerken: 3,5%. Overigen: joden, moslims, atheïsten.

Roemenië: Hinken tussen oost en west

Leo van Leijsen. In: Missionaire Agenda, nr. 4 werkjaar 2002/2003

Op de Zondag voor de Oosterse Kerken zal in rooms-katholieke parochies aandacht worden besteed aan Roemenië. Roemenië komt de laatste tijd vaak in het nieuws. Dit varieert van berichten over Roemeense criminelen in Nederland tot de felbegeerde aansluiting van het land bij de Europese Unie in 2007. Met dat laatste drukken Roemenen hun hartstochtelijke verlangen uit om te worden wat ze naar eigen gevoelen zijn: westers. De communistische periode (1948-1989) was volgens velen slechts een onwelkome onderbreking hierop. In dit Roemenië dat zich als westers profileert, hangt de meerderheid een oosterse vorm van christendom aan, de Orthodoxie.

Kielzog van het oosten

De meeste inwoners van Roemenië zijn etnische Roemenen. Van oudsher heeft Roemenië een Romaanse taal, erfgename van het Latijn dat de Romeinen vanuit West-Europa naar het gebied aan de benedenloop van de Donau brachten. Daar was ook al vroeg sprake van een Latijnstalig christendom. Toen op het einde van het eerste millennium politieke oorzaken de Latijnse Kerk van het Westen (Rome) en de Byzantijnse Kerk van het Oosten (Constantinopel) uit elkaar dreven, kwam het christendom van Roemenië door zijn sterk oostelijke ligging in het kielzog van de laatste terecht.

Tussen oost en west

Later voltrok zich opnieuw een beweging tussen oost en west. Na de middeleeuwen kwamen de belangrijkste gebieden van Roemenië in Turkse handen, waarmee de gerichtheid op het oosten werd versterkt. Toen Roemenië zich halverwege de 19e eeuw losmaakte van Turkije, ontwikkelde de westerse richting zich echter sterk in het land.
Noord-west-Roemenië (Transsylvanië) heeft hierin een geheel eigen ontwikkeling doorgemaakt. Daar wonen naast etnische Roemenen ook al heel lang Hongaren en Duitsers, die een westerse vorm van christendom zijn toegedaan (rooms-katholicisme, protestantisme). Dat versterkt de positie van het huidige Roemenië tussen oost en west. Noord-west-Roemenië viel op het einde van de 17e eeuw ook niet onder het Turkse Rijk, maar onder een westerse mogendheid (Oostenrijk). De Roemenen daar sloten hun orthodoxe kerk aan bij de kerk van Rome in het westen (uniatisme). Zo ontstond in 1698 een belangrijke minderheid van etnische Roemenen die katholiek van de oosterse ritus is: de Grieks-katholieke Kerk, in zekere zin een mengeling van oost en west.

Spanningen

Afgezien van het kleine percentage Grieks-katholieken zijn de meeste etnische Roemenen orthodox. De etnische minderheden echter in Roemenië hangen over het algemeen een andere geloofsrichting dan de Orthodoxie aan. Daarnaast zijn er tegenwoordig in Roemenië ook religieuze groepen die voor 1989 niet of amper voorkwamen,  variërend van pinksterkerken tot Jehovah’s Getuigen.
Deze verscheidenheid zorgt in Roemenië voor spanningen tussen bevolkingsgroepen en geloofsrichtingen. Het meest in het oog springende voorbeeld is het conflict rond de oosterse katholieken: de Grieks-katholieke kerk.

Grieks-katholieken

Deze kerk werd in 1948 door de communisten verboden omdat ze ‘westers’ was. Er was een grote vervolging. Grieks-katholieke gelovigen kerkten voortaan bij de rooms-katholieken, of gingen over naar de Roemeens-orthodoxe Kerk. (Hoewel niet verboden, werd trouwens ook de Roemeens-orthodoxe Kerk onderdrukt door de communisten, die überhaupt niet veel ophadden met religie.) De Grieks-katholieke kerkgebouwen kwamen in staatshanden of in orthodoxe handen. Toen de Grieks-katholieke kerk na de revolutie van 1989 weer vrij werd, ontstond er een conflict tussen de Grieks-katholieke Kerk en de Orthodoxe Kerk over de teruggave van die kerken. Dit conflict is nog steeds niet opgelost en vergiftigt in Transsylvanië de oecumenische verhoudingen.

Heden en toekomst

De moeilijkheden vanuit het verleden spelen nog een grote rol in het huidige Roemenië. Het getouwtrek om kerken en andere problemen mogen ons echter niet blind maken voor de prachtige zaken in de geschiedenis en vooral het heden van Roemenië. De Orthodoxe Kerk heeft een boeiend religieus erfgoed: cultuurschatten en een nog altijd levendige traditie van kloosterleven (na 1989 was er een grote aanwas van kloosterlingen). Er worden veel nieuwe iconen, wandschilderingen en mozaïeken in de prachtigste Byzantijnse stijl vervaardigd. Er is een revival van de oude Roemeense Byzantijnse muziek.  De Roemeens-orthodoxe Kerk ontplooit belangrijke oecumenische activiteiten, hoewel bepaalde strenge orthodoxe kringen argwanend naar die oecumene kijken. Een van de uitdagingen voor de orthodoxen en andere christenen in Roemenië is het uitbouwen van die oecumene, als antwoord op de spanningen tussen de geloofsrichtingen.
Wat de politieke toenadering naar het westen betreft juichen over het algemeen de Roemeens-orthodoxe kerkleiders en gelovigen die toe. Men voelt zich westers. Maar bepaalde, als ‘westers’ beschouwde zaken, zoals abortus, euthanasie, homoseksualiteit en secularisatie, roepen met het oog op de komende toetreding tot de EU weerstand bij hen op. Het zal spannend worden in de toekomst hoe de onvermijdelijke confrontatie die dit oproept, zal verlopen.

Materiaal

  • Liturgische suggesties voor de Zondag voor de Oosterse Kerken 17-18 mei. Als u Roemenië onder de aandacht wilt brengen in de liturgie, kunt u gebruik maken van deze liturgische suggesties (Word 84 kB).
  • Verleden en heden van de Roemeens-orthodoxe Kerk. Drs. Dragos-Gabriel Mirsanu. Lezing uitgesproken op 24 januari 2003 b.g.v. de start van 2003: Roemeniëjaar van de Katholieke Vereniging voor Oecumene.
  • De Grieks-katholieke Kerk in Roemenië. Dr. Gyula Orbán. Lezing uitgesproken op 24 januari 2003 b.g.v. de start van 2003: Roemeniëjaar van de Katholieke Vereniging voor Oecumene.


 

Zondag voor de Oosterse Kerken

Elk jaar op de vijfde zondag van Pasen (dat is de vierde zondag ná Pasen) bidden alle parochies in Nederland met en voor de Oosterse Kerken. Zo wordt de band met de Oriëntaalse en de Oosters-Orthodoxe kerken gevoed en wordt de verscheidenheid binnen de Katholieke Kerk gevierd door aandacht te geven aan de met Rome geünieerde kerken, die bovendien binnen de oecumenische relaties een heel eigen rol innemen. Onze vereniging biedt hiervoor een digitale poster en een preekschets aan. Het blad Overeen biedt achtergronden bij deze campagnezondag.